dinsdag 3 september 2013

De bedrijfsarts: de zorg uit en het bedrijf in!

                    
Daar wordt aan de deur geklopt. Wie zal dat zijn? De toekomst! De toekomst?!?  Ja, de toekomst klopt óók aan de deur van de bedrijfsarts, maar deze geeft niet thuis. De bedrijfsarts oude stijl is te druk bezig met zijn werk als uitvoerende routine professional en zit te vaak en te lang in de spreekkamer. Hij/zij lijkt gewoonweg geen tijd voor de toekomst te hebben.
Een tijdje geleden verscheen er een interessant rapport onder de titel: Bedrijfsgezondheidszorg, de toekomst is nu. Het beeld wordt geschetst van een krimpende low interest markt, vol met spelers die ‘alles voor iedereen’ doen. Bedrijfsgezondheidszorg is de thuismarkt van de arbodiensten, maar zij kampen echter met een verouderd model, een stoffig ambtelijk imago, en zoeken nu allemaal tegelijk een uitweg in ‘duurzame inzetbaarheid’.
 

Aflopende zaak?

De bedrijfsarts zelf komt slechts in de rafelranden van het rapport aan de orde. Niet als spelbepaler, maar als dure uitvoerende professional én als ‘voornaamste bezit’ van de arbodiensten. De opstellers zijn sceptisch over de groeimogelijkheden in de markt van de bedrijfsgezondheidszorg, en sluiten een ‘aflopend scenario’ niet uit, want ‘teveel aanbieders wedden op alle paarden tegelijk’. Onvoldoende onderscheidend vermogen en geen maatwerk is de voornaamste makke.

Ophouden met klagen

Om te overleven - en niet als de dodo onder de dokters de boeken in te gaan - zal de bedrijfsarts zich razendsnel moeten aanpassen en vooral haar huidige slachtofferrol en - imago - zij: werkgevers, directie arbodiensten, overheid, marktwerking hebben de schuld en wij, arme dokters die zo ons best doen- moeten gered worden - moeten afleggen. De overheid wordt nu gezien als reddende engel, maar de bedrijfsarts zal vooral zichzelf moeten (leren) redden. Daar is niets mis mee en daar wordt je sterk van. Op eigen kracht en professionaliteit vertrouwen is het vertrekpunt.
 
 
 
 

Bedrijfsarts, quo vadis ?

Dé bedrijfsarts bestaat niet (meer). Er lijkt zich een vierstromenland te ontwikkelen. Die ziet er al volgt uit:
 
1.    In de hoofdstroom - de 'traditionele' bedrijfsarts
Het merendeel van de huidige bedrijfsartsen kan - metaforisch gesproken - blijven werken als wegenwacht op de grote WVP (Wet Verbetering Poortwachter/ziektewet) Autobahn: bij ‘panne’( ziekmelding) zetten wij U - middels sociaal medische begeleiding - weer op de rit.
Dankbaar werk, gewaardeerd door klanten – ‘want daar wil ik er geen buikpijn van hebben’- én bovendien (chapeau!) gebleken effectief ( zie de recente evaluaties van Wvp en Wia).
De Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde (NVAB) kan nu snel fuseren met de Nederlandse Vereniging voor Verzekeringsgeneeskunde (NVVG) tot de Nederlandse Vereniging voor Reïntegratie-artsen, de NVRA. Geschatte grootte: 1.600 bedrijfsartsen en 1.000 verzekeringsartsen. Beiden soorten artsen zijn werkzaam in de verzuim- en reïntegratieketen en de werkvelden van deze professionals zijn geheel complementair.
 
2. In een zijtak: de bedrijfsarts als verzekeringsgeneeskundige/claimbeoordelaar/medisch adviseur in case management constructies.
De bedrijfsarts werkt in deze constructie als medisch adviseur in een 'tweede lijns'-positie (achter de case manager/poortwachter) en beoordeelt de juistheid van de claim (de ziekmelding wordt hierbij primair als schadelast gezien) en werkt vanuit de driehoek ziekmelding, medische klacht en claim wel/niet met terecht ziekteverlof. Geschatte aantal: honderd bedrijfsartsen.
 
3. In de medische bijstroom: de klinisch arbeidsgeneeskundige
Bij ernstige panne en/of forse schade op de WVp Autobahn is een snelle verwijzing (via de vluchtstrook) naar de poliklinieken van mens en arbeid voor uitgebreidere medische diagnostiek en interventie noodzakelijk en wenselijk. Zinvol en interessant werk voor de echte dokters onder de bedrijfsartsen. Echt medisch handwerk thuishorend in het zorgsegment. Groeimogelijkheid tot tweehonderd klinisch arbeidsgeneeskundigen lijkt realistisch. Een eigen vereniging de Nederlandse Vereniging voor Klinische Arbeidsgeneeskunde (NVKA) bestaat er al sinds 2007.
 
4. Voorbij de hoofdstroom : De Nieuwe Bedrijfsarts 
In de niches van de arbodienstverlening en bedrijfsgezondheidszorg houden zich op dit moment naar schatting honderd tot mogelijk tweehonderd bedrijfsartsen op, die vooral organisatiegericht werken. Bij MKB-bedrijven, grote en kleine interne arbodiensten, en grote concerns. Bedrijfsartsen die niet primair werken vanuit de traditionele driehoek: medische klacht, beperking, verzuim/reïntegratie, maar vanuit de driehoek mens, werk en organisatie. Uitdagend en erg interessant werk.

Het betere alternatief
 

Voor bedrijven die naar de toekomst kijken is De Nieuwe Bedrijfsarts het betere alternatief. De natuurlijke habitat en het domein van de bedrijfsarts is namelijk het werk, het bedrijf, de organisatie en niet de zorg. Haar counterpart is niet de huisarts of medisch specialist, maar het management van het bedrijf, de OR, de afdeling human resource management, de organisatieadviseur.
Dus op naar de toekomst onder het motto: de bedrijfsarts - de zorg uit en het bedrijf in!

Meer over De Nieuwe Bedrijfsarts:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten