vrijdag 5 september 2014

verdeeld ser advies - vers van de pers - ontwerp advies - plus eerste reacties - oordeel zelf

Het langverwachte Ser advies over de toekomst van de bedrijfsgezondheidszorg is in  een ontwerp versie uitgebracht.

PERSBERICHT SER

Ontwerpadvies: SER wil kwalitatief betere arbeidsgerelateerde zorg

5 september 2014

De arbeidsgerelateerde zorg moet kwalitatief beter worden: effectiever, met meer kennis van zaken, met aandacht voor preventie en re-integratie, én toegankelijk voor alle werkenden. Dat staat in een ontwerpadvies dat de SER in zijn openbare vergadering van vrijdag 19 september a.s. zal behandelen.

Het ontwerpadvies is een vervolg op het SER-advies Stelsel voor gezond en veilig werken uit 2012. Daarin noemde de raad het ontbreken van een goede relatie tussen bedrijfsgezondheidszorg en reguliere zorg als een van de knelpunten. De factor arbeid blijkt in de reguliere gezondheidszorg nog vaak een blinde vlek en kennis over arbeidsgeneeskunde schiet tekort. In de toekomst moet dat veranderen. Bovendien moet arbeidsgerelateerde zorg dan beschikbaar zijn voor alle werkenden (inclusief zzp’ers) en werkzoekenden, in het belang van hun gezondheid en duurzame inzetbaarheid.

Toekomstvisie
 Het ontwerpadvies schetst een toekomstvisie voor de arbeidsgerelateerde zorg en wijst daarbij in het bijzonder op veranderingen op de arbeidsmarkt en het toegenomen belang van duurzame inzetbaarheid van werkenden. Deze visie wordt unaniem onderschreven door de leden van de commissie die het ontwerpadvies heeft voorbereid. Zij gaan ervan uit dat verschillende vormen van arbeidsgerelateerde zorg naast elkaar kunnen bestaan:

* binnen het bedrijf (interne arbodiensten);
* binnen branche, sector of regio;
* door de huisarts of de eerstelijnsgezondheidszorg.

Voor een kwalitatief betere arbeidsgerelateerde zorg is een (robuuste) ondersteuning nodig door een goed toegankelijke kennisinfrastructuur. Deze kan inzichten en kennis over arbeidsgerelateerde gezondheidsproblemen, diagnose en behandeling samenbrengen en verspreiden. Dit verbetert bovendien de signalering, diagnostiek en preventie van beroepsziekten.

Het ontwerpadvies bevat ook voorstellen om het melden van beroepsziekten door bedrijfsartsen te verbeteren.

Grotere effectiviteit en efficiency van zorg kunnen minder verzuim, minder uitval en minder zorgkosten met zich brengen en daarmee ook minder kosten voor werkgevers, werknemers en de samenleving.

Twee routes
 Binnen de commissie van voorbereiding bestaan verschillende opvattingen over de route die zou moeten worden gevolgd om tot een betere arbeidsgerelateerde zorg te komen. Een deel van de commissie benadrukt dat de werkgevers, in samenspraak met het medezeggenschapsorgaan, de regie moeten blijven voeren op het verzuimmanagement. Bedrijven bepalen zelf met welke arbodiensten en deskundigen ze een contract afsluiten voor arbodienstverlening. Een ander deel van de commissie pleit voor investeringen en wettelijke ondersteuning om de gewenste verbeteringen te realiseren. Dit deel pleit onder meer voor een andere financiering van de bedrijfsarts en voor een wettelijk gewaarborgde toegang tot de bedrijfsarts.

Stand van zaken
 De Commissie Arbeidsomstandigheden, onder voorzitterschap van het kroonlid Ferdinand Grapperhaus, heeft het ontwerpadvies voorbereid. Het is een reactie op de adviesaanvraag van 10 juli 2013 van de ministers van SZW en VWS. Het advies zal worden behandeld in de openbare raadsvergadering van vrijdag 19 september. Op dit moment ligt het ontwerpadvies ter bespreking bij de achterbannen van de organisaties van werkgevers en van werknemers.

 In zijn adviesaanvraag aan de SER gebruikt het kabinet de term ‘arbeidsgerelateerde zorg’, om daarmee aan te geven dat het gaat om zorg die niet noodzakelijkerwijs (geheel) door bedrijfsartsen behoeft plaats te vinden. Arbeidsgerelateerde zorg kan worden geboden door de bedrijfsgezondheidszorg - die is gericht op het voorkomen van beroepsziekten, bedrijfsongevallen, ziekte en verzuim van werknemers - en in de reguliere zorg.

Noot voor de redactie:
 Nadere informatie bij Mariek de Valk, 070 3499 648, m.de.valk@ser.nl 


LINK NAAR ONTWERPADVIES:

http://www.ser.nl/nl/publicaties/adviezen/2010-2019/2014/toekomst-arbeidsgerelateerde-zorg.aspx






EERSTE BERICHTEN: NU.NL, NRC Q, MEDISCH CONTACT EN FD


1. BERICHT NU NL:

Sociale partners oneens over toekomst bedrijfsarts
Het is werkgevers en werknemers niet gelukt om met een eenduidig advies te komen over de toekomst van de bedrijfsarts.

Beide partijen onderschrijven dat de werkgerelateerde zorg beter moet. Maar over wie daarvoor verantwoordelijk is, werden ze het niet eens. Dat is op te maken uit een vrijdag gepubliceerd advies van de Sociaal-Economische Raad (SER).

De vakbonden willen er met strengere regelgeving voor zorgen dat de arbozorg verbetert. Zo moet worden vastgelegd dat personeel altijd toegang heeft tot een bedrijfsarts.

Ook willen ze dat er meer geld beschikbaar wordt gesteld en dat bedrijfsartsen financieel onafhankelijk opereren van de werkgevers. Hierdoor moet de arbozorg meer in handen komen van de werknemer.
Arboarts

De werkgevers willen juist dat zij de regie blijven houden over de arboarts. Zo willen zij zelf bepalen met welke dienst ze in zee gaan. Via de personeelsvertegenwoordiging kunnen de werknemers en dus de vakbonden hier wel inspraak in krijgen. De betere arbozorg mag bovendien niet meer gaan kosten.

De beide partijen zijn het er wel eens geworden over dat flexwerkers, zoals zzp'ers, ook beter toegang moeten krijgen tot arbeidsgerelateerde zorg. De rol van de huisarts in het voorkomen van bedrijfsziektes moet daarnaast groter worden. Om de kosten in de hand te houden kan de zorg bijvoorbeeld per sector worden geregeld. Door meer kennis en gegevens uit te wisselen kunnen ziektes bovendien beter worden voorkomen.

Het niet eenduidige ontwerpadvies is vrijdag naar minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Lodewijk Asscher (PvdA) verstuurd. De achterban van de werkgevers en werknemers mogen nog wel reageren. Asscher had de sociale partners vorig jaar om input gevraagd vanwege de problemen met de toegankelijkheid van de bedrijfsarts en het voorkomen en inzichtelijk maken van bedrijfsziektes.
CNV

"Als we echt willen dat zieke werknemers goed begeleid worden, dan moet de overheid werkgevers meer achter de broek zitten", aldus CNV-voorzitter Maurice Limmen in een reactie op het SER-advies.

"Bij de Inspectie SZW is slechts één inspecteur die zich hiermee bezighoudt. Op die manier wordt het natuurlijk nooit wat. Het succes van het door de SER bepleite stelsel begint met een wettelijke verplichting om hieraan deel te nemen. Een adequaat controle- of sanctiebeleid is hierbij vervolgens essentieel."
Door: Novum
2. BERICHT VAN MEDISCH CONTACT:

5 september 2014

Verdeeld SER-advies over bedrijfsgeneeskunde
 

De Sociaal-Economische Raad (SER) is niet tot een unaniem advies gekomen over de toekomst van de bedrijfsgezondheidszorg. De werkgeversorganisaties houden vast aan de huidige situatie, waarbij de werkgever een contract afsluit met een bedrijfsarts of arbodienst. De werknemersorganisaties willen een andere financiering, omdat de bedrijfsarts nu niet onafhankelijk zou zijn.

Dat blijkt uit het conceptadvies Toekomst Arbeidsgerelateerde zorg, dat de SER vandaag naar buiten brengt. Eigenlijk had het in maart al moeten verschijnen, maar de besprekingen verliepen moeizaam.

In het conceptadvies schetsen de sociale partners aanvankelijk eensgezind de gewenste einddoelen, namelijk een effectievere bedrijfsgezondheidszorg die ook toegankelijk is voor zzp’ers, meer aandacht voor de factor werk in de reguliere zorg en een ondersteunende kennisinfrastructuur op het gebied van werk en gezondheid. Over de weg daarheen verschillen echter de meningen.

De werkgeversorganisaties wijzen erop dat het ziekteverzuim sinds de invoering van de marktwerking in de arbodienstverlening aanzienlijk is gedaald. Ze zien daarin reden om vast te houden aan de huidige situatie, waarbij de werkgever de regie heeft en in samenspraak met de OR een bedrijfsarts of arbodienst in de arm neemt. Schendingen van de privacy van werknemers zijn incidenten, aldus de werkgevers, en de onafhankelijkheid van de bedrijfsarts wordt al gegarandeerd door de BIG-registratie, professionele richtlijnen en het tuchtrecht.

De vakcentrales zijn het hier niet mee eens. Ze willen dat werknemers meer regie krijgen over hun eigen zorg en terecht kunnen bij een bedrijfsarts ‘in wie zij vertrouwen hebben’. Dit kan volgens de bonden alleen als die arts niet rechtstreeks door de eigen werkgever wordt betaald. Omdat de kosten voor de Zorgverzekeringswet niet mogen stijgen van het kabinet, moeten de werkgevers de bedrijfsgezondheidszorg wel blijven bekostigen, maar dan indirect, aldus de bonden.

De werkgevers- en werknemersorganisaties zullen het conceptadvies de komende weken bespreken in hun achterban. Mogelijk worden naar aanleiding daarvan nog enkele aanpassingen gedaan. Vervolgens zal de voltallige Sociaal-Economische Raad op vrijdag 19 september  stemmen over het concept. De uitslag van deze stemming wordt opgenomen in het definitieve advies aan minister Asscher van Sociale Zaken en minister Schippers van Volksgezondheid.

Lieke de Kwant

•Persbericht van de SER over conceptadvies


•Ontwerpadvies Toekomst Arbeidsgerelateerde zorg


Lees ook:

•Groep bedrijfsartsen neemt stelling tegen NVAB


•Polderstrijd om toekomst bedrijfsarts


•‘Onrust over SER-plan bedrijfsartsen onnodig’


•NVAB-topman Penders: ‘Er bestaat huiver om bedrijfsarts te worden’




3. BERICHT NRC Q

De bedrijfsarts van de toekomst moet het anders - lees beter - gaan doen. Grote bedrijven, banken en ziekenhuizen moeten hun eigen arbodiensten optuigen. Bedrijfsartsen moeten meer per branche, sector of regio gaan werken. En huisartsen moeten ook een beetje bedrijfsarts gaan worden. Voor de ZZP’ers.

Die drie ‘routes’ staan volgens bronnen in het langverwachte ontwerpadvies dat de Sociaal Economische Raad (SER) vandaag presenteert. Maar de SER blijft over het thema verdeeld.
Wat is er aan de hand met bedrijfsartsen?

De sector is de laatste jaren vooral in het nieuws met schandalen. Het College Bescherming Persoonsgegevens concludeerde al in 2008 dat Tredin uit Lelystad medische gegevens van werknemers aan werkgevers doorspeelde.

Zembla toonde in 2012 hoe de arbodienst VerzuimReductie zieke werknemers telefonisch uithoorde en hun privacy schond, waarna de topman opstapte. Vakcentrale FNV opende een meldpunt waar een rapport uitkwam getiteld: “Verzuimbegeleiding: een corrupt systeem”.

Zelf concludeerde de SER al in 2012 dat bedrijfsartsen niet onafhankelijk en toegankelijk genoeg zijn en te weinig doen aan het voorkomen van ziekte.
Waarom is nu advies nodig?

Minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken vroeg de SER om advies met het oog op de toekomst. Omdat we ouder worden en langer doorwerken en de arbeidsmarkt steeds flexibeler wordt, wordt de zorg voor werknemers steeds belangrijker.
Wat moet er allemaal veranderen?

In het ontwerpadvies pleit de SER daarom voor een periodiek gezondheidsonderzoek, een ’werknemers-APK’, en een betere begeleiding van zieken.

Alle werkenden moeten vrije toegang krijgen tot een bedrijfsarts. Voor het groeiende aantal zzp’ers en bijvoorbeeld werklozen zou de huisarts voor ‘bedrijfsarts’ moeten spelen. Alle beroepsziekten moeten gemeld en centraal geregistreerd worden. Werkgevers blijven verantwoordelijk voor alle kosten. Maar de onafhankelijkheid van de bedrijfsarts moet wél gewaarborgd zijn.
Waarom is het advies vertraagd?

Vakbonden en werkgevers kunnen het onderling al maanden niet eens worden. De bonden vinden dat werkgevers meer geld moeten uittrekken om ziekte op de werkvloer te voorkomen, en dat bedrijfsartsen te afhankelijk van werkgevers zijn. Bovendien vinden ze het kwalijk dat circa eenvijfde van de Nederlandse bedrijven niet eens een bedrijfsarts heeft.

Werkgevers op hun beurt willen zelf kunnen kiezen uit het grote aanbod van bedrijfsartsen, arbodiensten en verzuimbureau’s. Ook willen ze de kosten (1,1 miljard euro in 2012) terugdringen.
Wat vindt iedereen?

Volgens critici kan een nieuw systeem alleen werken als het wettelijk wordt opgelegd, omdat het anders een ‘papieren tijger’ is. De vakbonden FNV en CNV pleiten verder al langer voor strenger toezicht door de inspectiedienst van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Directeur Marius Touwen van Zorg van de Zaak, de grootste arbodienst van Nederland, noemt het advies van de SER “geen oplossing”.

    “Voor een gezonde werkomgeving en voorkoming van uitval op de lange termijn doen we zelf al heel veel. En samen met bedrijven ontwikkelen we liever zelf nieuwe initiatieven. Bovendien, voor de andere problemen die naar boven zijn gekomen, de onafhankelijkheid van bedrijfsartsen en de privacy van werknemers, heeft de SER geen echt antwoord. Het systeem is al goed, maar de foutjes moeten eruit gehaald worden.”

De SER wilde geen commentaar geven voor het ontwerpadvies officieel is gepubliceerd.


4. BERICHT FD: VRIJDAG 5 SEPT 14

Werkgevers: reorganisatie arbozorg financieel ‘desastreus’
Sandra Olsthoorn
vrijdag 05 september 2014, 15:21
update: vrijdag 05 september 2014, 15:40
 

Het idee om arbodiensten per regio of branche te organiseren zal ‘desastreuze financiële gevolgen hebben’. Daarvoor waarschuwen werkgevers in een advies over de toekomst van de arbeidsgerelateerde zorg van de Sociaal Economische Raad (SER), dat vrijdag verscheen. Nu kiezen bedrijven zelf nog waar ze de diensten van bedrijfsartsen inkopen.
In het advies stelt de SER voor om de zorg rond werk op drie niveaus te organiseren. Zeer grote bedrijven of instellingen hebben hun eigen, interne arbodienst, die zieke werknemers moet begeleiden. Voor de andere bedrijven moet er een wettelijke verplichting komen om zorg in te kopen bij een arbodienst in een regio of voor een hele sector. Huisartsen moeten ook een deel van de zorg rond werknemers op zich nemen, bijvoorbeeld voor de zzp’ers die nu helemaal geen toegang tot die zorg hebben.
Huiverig
De SER is verdeeld over het advies: werkgevers en werknemers zijn het niet eens. De vakbonden juichen een grondige herziening van het stelsel toe, de werkgevers niet. Zij vrezen dat veel branches de kosten voor een verplichte, gezamenlijke arbodienst niet kunnen dragen. Daarnaast denken de werkgevers dat de kosten voor de huisartsenzorg omhoog gaan, en zij betalen die kosten deels. Vanwege de hoge kosten als werknemers ziek zijn, zijn ze ook huiverig om de regie over de zorg uit handen te geven.
Onder vuur
De bedrijfsartsen liggen al een tijd onder vuur. Omdat ze betaald worden door de werkgevers zijn ze in de ogen van critici niet onafhankelijk genoeg. Die critici werden in hun oordeel bevestigd toen bleek dat enkele arbodiensten privacygevoelige informatie van zieke werknemers doorspeelden aan hun opdrachtgevers: de werkgevers.
Daarbij hebben werknemers van veel kleine bedrijfjes geen toegang tot een bedrijfsarts, net als de groeiende groep zzp’ers, en wordt aan preventie van arbeidsgerelateerde gezondheidsproblemen te weinig gedaan.
Het is onduidelijk wat het plan van de SER kost als het in de praktijk wordt gebracht. Een onderzoekscommissie is het niet gelukt de gevolgen door te rekenen omdat de plannen niet concreet genoeg zijn. In het rapport wordt wel geschat dat als de zorg rond arbeid beter wordt georganiseerd er miljarden euro’s aan zorgkosten kunnen worden bespaard.






DE EERSTE REACTIES: NVAB, NVAB LEDEN EN OVAL

5. NVAB:


5 september 2014

SER: bedrijfsarts belangrijk voor duurzame inzetbaarheid




Concept SER-advies onderschrijft het belang van goede arbeidsgerelateerde zorg.

De Commissie Arbeidsomstandigheden van de SER heeft haar visie gepubliceerd over de toekomst  van de arbeidsgerelateerde zorg. De NVAB is blij dat de SER-commissie belangrijke knelpunten uit de sector onderkent en het belang van arbeidsgerelateerde zorg onderschrijft. Ook hecht de commissie aan behoud van expertise van de professionals. De visie verdient nog wel verdere uitwerking op het gebied van financiering, draagvlak en haalbaarheid van de oplossingen.

De NVAB deelt de mening van de SER-commissie over:

•het weer invoeren van het arbeidsomstandighedenspreekuur


•de (publieke) financiering van de opleiding tot bedrijfsarts


•en meer aandacht voor preventie en arbocuratieve samenwerking.


Hierbij benoemt de SER-commissie een aantal randvoorwaarden, zoals de onafhankelijkheid van de bedrijfsarts, minimumeisen voor arbocontracten en een goede kennisinfrastructuur met onder andere tweede- en derdelijns arbeidsgeneeskunde.

De NVAB vindt het positief dat de SER-commissie een duidelijke rol ziet voor bedrijfsartsen in het duurzaam inzetbaar houden van werkenden, bijvoorbeeld in de vorm van Preventief medisch onderzoek en preventieve interventies om beroepsziekten te voorkómen.

De commissie onderkent de zorg over het dreigend tekort aan bedrijfsartsen. Taakherschikking en samenwerking met arboverpleegkundigen en huisartsen kunnen een deel van de capaciteitsproblemen oplossen. Maar de NVAB is van mening dat de huisarts geen vervanger van de bedrijfsarts kan zijn en huisartsenorganisaties geven aan dat zij deze werkzaamheden er niet bij kunnen hebben. De SER-commissie adviseert om de opleiding tot bedrijfsarts te bekostigen uit publieke middelen. De NVAB pleit hier al jaren voor en ook recent onderzoek toont aan, dat de huidige financiering een belangrijke oorzaak is voor de geringe instroom.

Vanuit de NVAB en door individuele bedrijfsartsen zijn veel initiatieven voor arbocuratieve samenwerking tot stand gekomen, zoals gezamenlijke richtlijnen van bedrijfsartsen, huisartsen en medisch specialisten. Deze hebben tot goede resultaten geleid. Voor het voortzetten van best practices, zoals spreekuren en consulten van bedrijfsartsen in huisartspraktijken voor ZZP-ers en flexwerkers, ontbreekt structurele financiering. Betrokkenheid van zorg- en inkomensverzekeraars is hiervoor een belangrijke randvoorwaarde.

In de toekomstvisie is sprake van klinisch arbeidsgeneeskundige centra. De NVAB vindt dit een waardevolle aanvulling op de huidige verwijsmogelijkheden en is net als de SER-commissie voorstander van financiering vanuit de zorgverzekering.

De SER-commissie schetst een groeimodel waarbij drie (organisatie)vormen van arbeidsgerelateerde zorg naast elkaar tot ontwikkeling kunnen komen:

1.via interne arbodiensten


2.via branches en sectoren en/of in regio’s


3.via huisartsen en in de eerstelijnszorg (voor ZZP-ers en flexwerkers).


Zo’n groeimodel kost tijd en vraagt om keuzes. Maar het biedt ruimte voor zowel bedrijfsartsen in loondienst als zelfstandig gevestigde en/of bedrijfsartsen in maatschappen. Er zijn in het geschetste model mogelijkheden om zowel marktpartijen te bedienen als beter aan te sluiten op de curatieve zorg.

De SER-commissie, maar ook het veld is verdeeld over de routes naar het toekomstige model. Het succes van dit advies valt of staat dan ook bij de nadere uitwerking. Volgens de NVAB bevat goede arbeidsgerelateerde zorg zowel elementen van verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers, als sturing en toezicht vanuit de sector zelf en de overheid. Toegang tot het arbeidsomstandighedenspreekuur vraagt bijvoorbeeld (wettelijke) sturing en toezicht. Betere signalering en melding van beroepsziekten is een verantwoordelijkheid van het veld zelf. En met haar kernwaarden en richtlijnen draagt de NVAB bij aan een adequate en onafhankelijke beroepsuitoefening van bedrijfsartsen.

Op 19 september vergadert de volledige SER over het conceptadvies Toekomst Arbeidsgerelateerde zorg.

Lees verder

•Ontwerpadvies: SER wil kwalitatief betere arbeidsgerelateerde zorg (nieuwsbericht SER)


•Ontwerpadvies Toekomst arbeidsgerelateerde zorg (pdf)




6. REACTIE NVAB MIDDELS LEDEN BRIEF NVAB



    Aan de NVAB-leden

    Het langverwachte advies van de Commissie Arbeidsomstandigheden van de SER over de toekomst van de arbeidsgerelateerde zorg is vandaag 5 sept naar buiten gebracht. Op 19 september vergadert de voltallige SER over dit advies.

    ‘Arbeidsgerelateerde zorg’ is een breder begrip dan alleen bedrijfsgezondheidszorg. Naast de reguliere arbeids- en bedrijfsgeneeskunde omvat het begrip ook ‘de zorg voor alle werkenden (incl. zzp-ers) en werkzoekenden die er op gericht is  hun arbeidsparticipatie duurzaam te behouden’. De NVAB heeft lang aangedrongen op een goede analyse van de tekortkomingen en verbetering van arbeidsgerelateerde zorg. Het goede nieuws is nu dat de SER aan de overheid adviseert deze zorg te verbeteren.

    De SER-commissie constateert de volgende knelpunten en onderbouwt dat met onderzoek:

    ·         onvoldoende kennis van/rekening houden met de factor arbeid in de reguliere zorg

    ·         onvoldoende samenwerking van de bedrijfsartsen met de reguliere zorg

    ·         onvoldoende gerichtheid en kennis van de bedrijfsartsen over beroepsziekten

    ·         een tekortschietende instroom in de opleiding tot bedrijfsarts

    ·         onvoldoende toegankelijkheid van de bedrijfsgezondheidszorg

    ·         onvoldoende aandacht voor preventie

    ·         onvoldoende waarborg van en vertrouwen in de onafhankelijkheid van de bedrijfsarts.

    NB. Deze knelpunten zijn inmiddels ook door alle veldpartijen erkend.

    In het advies schetst de SER-commissie een groeimodel waarbij drie (organisatie)vormen van arbeidsgerelateerde zorg naast elkaar tot ontwikkeling kunnen komen:

    1.    via interne arbodiensten

    2.    via branches en sectoren en/of in regio’s

    3.    via huisartsen en in de eerstelijnszorg (voor ZZP-ers en flexwerkers).

    Zo’n groeimodel kost tijd en vraagt om keuzes, maar het biedt ruimte voor zowel bedrijfsartsen in loondienst als zelfstandig gevestigde en/of bedrijfsartsen in maatschappen. Er zijn in het geschetste model mogelijkheden om zowel marktpartijen te bedienen als beter aan te sluiten op de curatieve zorg.

    De NVAB  is tevreden met de stimuleringsmaatregelen die de SER-commissie voorstelt: een betere toegankelijkheid van de bedrijfsarts,  een stevige ondersteuningsstructuur, een opleidingsfonds en  betere afstemmingsmogelijkheden met de curatieve sector.

    De SER-commissie, maar ook het veld is verdeeld over de routes naar het toekomstige model. De NVAB blijft dan ook alert op het vervolg: het succes van dit advies valt of staat dan ook bij de nadere uitwerking.

    Het ontwerpadvies van de SER-commissie en de volledige reactie van de NVAB vindt u via deze link op onze website.

    Tot zover deze berichtgeving, volgende week volgt meer.

    Met vriendelijke groet,

    Jurriaan Penders, voorzitter

    Kees van Vliet, directeur

    

    NVAB
    Postbus 2113 - 3500 GC  Utrecht
    T 030 2040620
    www.nvab-online.nl   


7. EERSTE REACTIE OVAL


Persbericht: OVAL blij met behoud keuzevrijheid in SER-advies ‘Toekomst Arbeidsgerelateerde Zorg’

05 september 2014

De Sociaal Economische Raad (SER) heeft vandaag het advies ‘Toekomst Arbeidsgerelateerde Zorg’ gepubliceerd. De Organisatie voor Vitaliteit, Activering en Loopbaan (OVAL) vindt het verdeelde advies een gemiste kans. Het advies beperkt zich tot arbeidsomstandigheden en ziekteverzuim. De huidige en toekomstige arbeidsmarkt vereisen een visie en benadering gericht op het duurzaam inzetbaar zijn van de werkende mens. Positief is dat er een aantal verbeteringen wordt doorgevoerd in het huidige stelsel. Daarbij is OVAL blij dat werkgevers en werknemers hun keuzevrijheid bij het inrichten van arbeidsgerelateerde zorg behouden.

“Nederland kent een uniek stelsel waarin werkgevers, werknemers en dienstverleners gezamenlijk hun verantwoordelijkheid nemen voor het voorkomen en oplossen van verzuim en het vergroten van inzetbaarheid van werkenden. Deze manier van werken heeft de afgelopen jaren geleid tot een historisch laag ziekteverzuim, goede arbeidsomstandigheden, ruimte voor maatwerk en een heldere verantwoordelijkheidsverdeling”, stelt Kick van der Pol, voorzitter van OVAL. “Er is echter altijd ruimte voor verbetering.”

OVAL vindt het goed dat de vakbeweging heeft aangedrongen op een discussie over de toekomst van de arbeidsgerelateerde zorg. Van der Pol: “Het voeren van de discussie heeft geleid tot positieve resultaten. Zo wordt het makkelijker voor ZZP’ers om toe te treden tot de arbeidsgerelateerde zorg en blijft de keuzevrijheid van werkgevers bij de inrichting van de zorg en de keuze voor een dienstverlener bestaan. Het is jammer dat de vakbeweging deze keuzevrijheid  niet ondersteunt.”

Het advies is namens het kabinet aangevraagd door Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Met als richtlijn dat de adviesaanvraag gezien moet worden tegen de achtergrond van een veranderende arbeidsmarkt en de noodzaak van duurzame inzetbaarheid van de beroepsbevolking.

Klik hier voor een pdf van het persbericht.

Bron: OVAL






Eerdere reacties:

het FD - woensdag 3 sept 14: Zoeken naar een fragiel evenwicht in de SER
link:

http://digikrant-archief.fd.nl/vw/edition.do?dp=FD&altd=true&date=20140903&ed=00

Geen opmerkingen:

Een reactie posten