Verzuim, voetbal en een elftal Cruijffiaanse uitspraken
Verzuimbeheersing blijkt
verrassend veel overeenkomsten te vertonen met het voetbalspel. Zoals alom
bekend heeft Johan Cruijff een heldere visie én vaak een bijzondere kijk op het
voetbal. Dat blijkt uit zijn vele uitspraken. Ter lering én de vermaeck een
elftal uitspraken van Cruijff als
leidraad voor verzuimbeheersing.
- ‘Om te beginnen is er maar één bal en die moet je
dus hebben; maar waar het in wezen omgaat is: wat doe je met die bal !’ De
ziekmelding is de bal, de leidinggevende de voetballer. Maar wát doe je,
als leidinggevende, met een korte, lange, frequente,of problematische ziekmelding ?
- ‘In het voetbal zijn bepaalde wetten – wet nummer
één is: het middenveld is de weegschaal van je elftal’.In het bedrijf
is het management - zijn de leidinggevenden - het middenveld; zij zijn de
probleemhouder en voeren de regie ten aanzien van verzuim. Hamvraag is: hoe gaan zij met verzuim om
? hoe hoog staat het op hun agenda ? hoe goed getraind zijn ze? hoeveel
ervaring hebben ze ? wat zit erin hun gereedschapskistje ?
- ‘Alles is al uitgevonden in het voetbal - alleen
de omstandigheden veranderen’.Er zijn boekenplanken vol over verzuim
geschreven, maar: elk bedrijf heeft cq krijgt het verzuim wat zij
verdient- ook daar treffen we alle varianten aan: van pupillenvoetbal tot
eredivisieteams.
- ‘De organisatie binnen een ploeg, de
taakverdeling, het weten wat je moet doen als je op een andere positie op
het veld terecht komt - dat is de basis van het voetbal’ – De leidinggevende moet (als regisseur
van het verzuim) goed en adequaat kunnen afstemmen én samenwerken met zijn
sparringpartners bij problematische verzuim en reïntegratiezaken: pz, bmw en de bedrijfsarts
- ‘Het verschil tussen goed en slecht spelen is zó
klein – het belangrijkste is hard werken’ Elke ziekmelding is een
trainingsmoment – er valt dus elke dag te trainen,trainen,én te trainen.
Maak onderscheid tussen makkelijke en moeilijke ballen:tussen gewoon en
problematisch verzuim
- ‘Wat vaak vergeten wordt is dat voetbal 87
minuten lang routine is; er zijn in de wedstrijd maar drie minuten waar
het op aan komt- in die drie minuten win of verlies je’ Variant van de
80/20 regel ( het Pareto principe)-geldt ook voor verzuimbeheersing.
Besteedt vooral aandacht aan de problematisch( frequent, te lang,
conflicten, vastgelopen) verzuim
- ‘Inzicht is het belangrijkste- ik beheers een
heleboel onderdelen perfect – 90% van het voetbal vak beheers ik – maar
een balletje trappen is het minst belangrijke’. 0p basis van cijfers,
prioriteitstelling én afspraken sturing geven aan verzuimbeheersing binnen
de organisatie.
- ‘Tactiek is niet de man uitschakelen of zo – nee,
het is weten waar mee je bezig bent’ Toon leiderschap: stel doelen en
besluit het verzuim binnen uw organisatie aan te pakken.
- ‘Je moet schieten – anders kun je niet scoren
!’ Te vaak komt
verzuimbeheersing neer op het rond spelen van de bal. Gekenmerkt door een
reactieve aanpak ,en een laissez faire instelling, afschuiven en
doorschuiven van het probleem met als resultaat:slechte werksfeer en
onopgeloste probleemgevallen
- ‘Voetbal is een spel van fouten – de ploeg die de
minste fouten maakt is de beste’ Er zijn bedrijven die het heel goed
doen - van die ‘good practice’ bedrijven valt veel te leren
- ‘Je gaat het pas zien, als je het door hebt’ En zo is het maar net!
http://www.uitzending.net/gemist/183165/Nederland-1/NOSStudio_Voetbal.html
Gouden tijd komt niet meer
terug
Voetbalnatie
in verval
Het Nederlands elftal moet een buitenlandse coach
krijgen en countervoetbal gaan spelen. Misschien dat het dan op kan krabbelen.
Maar, wereldtop wordt Oranje niet meer, schrijft Financial Times-journalist Simon
Kuper.
·
Simon Kuper
15 oktober
2015
In 2004 werd Jürgen Klinsmann
onverwacht bondscoach van het waardeloze Duitse voetbalelftal. Klinsmann woonde
in Californië aan het strand, en had nog nooit een team getraind. Meteen riep
hij Duitsland op tot vernieuwing: „We moeten elk ritueel en elke gewoonte ter
discussie stellen.” Zijn Amerikaanse New Age-managementjargon, dat hem
deed klinken als een businessboek dat je op het vliegveld koopt, irriteerde
bijna iedereen in het Duitse voetbal.
Maar Klinsmann vernieuwde inderdaad
alles. Duitsland keek vooral in Nederland het moderne voetbal af. Uit de
Verenigde Staten haalde het fitnesstrainers en het principe van de
data-analyse. Het kopieerde zelfs de architectuur van Clairefontaine, de
centrale Franse jeugdopleiding. Jarenlang leerden de Duitsers door, en
inmiddels zijn ze wereldkampioen. Nu het Nederlandse voetbal zijn eigen Stunde
Null heeft bereikt, moet het ook op studiereis in onze ongeëvenaard
creatieve voetbalregio. Maar zelfs na de vernieuwing zal Oranje waarschijnlijk
nooit meer zijn oude glorie bereiken.
Voetbal speel je met je hoofd
Het enige voordeel van dit kleine
voetballand was altijd kennis. „Voetbal is een spel dat je met je hoofd
speelt”, zei Johan Cruijff, en meestal was Oranje het intelligentste nationale
elftal. Nederland kan alleen van Duitsland winnen als Duitsland dommer is, en
vaak was dat het geval. Maar rond het millennium hield Nederland op het voetbal
uit te vinden. Zelfs Cruijff slaat sindsdien vooral eigenbelang dienende
banaliteiten uit. De buitenlandse vraag naar Nederlandse trainers – de dragers
van onze voetbalkennis – is opgedroogd. In de vijf grote Europese competities
werken nog maar twee Nederlandse hoofdcoaches: Louis van Gaal (64 jaar) en
Ronald Koeman (52 jaar).
Intussen bleven onze concurrenten
doorleren. Neem Pep Guardiola, die als kind van Barcelona het Nederlandse
denken van Cruijff en Van Gaal opslokte. Daar liet hij het echter niet bij.
Albert Capellas, voormalig coördinator van de jeugdopleiding van Barça en later
assistent-trainer van Vitesse, vertelde mij ooit dat de Nederlandse en Spaanse
speelstijlen in balbezit weinig van elkaar verschillen. Het grote verschil lag
volgens hem bij balverlies: Guardiola had een complex systeem van verdedigend
pressen ontwikkeld, dat in Nederland niet bestond. Het Barça van Pep speelde
een soort Hollandse School 2.0. Ook nu bij het oppermachtige Bayern München
blijft Guardiola doordenken.
Dat moet Nederland terstond gaan
doen. Het Nederlandse geluk is de ligging in West-Europa, een gebied met
ongekend intensieve kennisuitwisseling. De Britse historicus Norman Davies verklaarde
in zijn boek Europe, A History het West-Europese voordeel: ons
‘gebruikersvriendelijke’ klimaat. Een groot deel van de regio ligt dicht bij
zee. Dat matigt de temperatuur. De westenwind matigt het nog verder. Omdat het
hier ook nog eens veel regent, is het land vruchtbaar. Daardoor kunnen grote
aantallen mensen op een relatief klein terrein leven.
Nieuwe lenzenslijper
Daarom vond hier in de zestiende en
zeventiende eeuw de Wetenschappelijke Revolutie plaats: wetenschappers van
Nederland tot Italië zaten dicht op elkaar en wisselden snel informatie uit. In
de jaren zestig van de zeventiende eeuw ontving Christiaan Huygens brieven van
een Schotse collega in het Frans over de nieuwe lenzenslijper die Robert Hooke
in Londen had gemaakt. Zo kon Huygens zijn telescoop verbeteren. Nu wisselen
voetbalpioniers als Guardiola en de Duitse bondscoach Joachim Löw kennis uit.
Oranje op voorgaande eindrondes
Dat internationale leren gaat
moeizamer in minder dichtbevolkte gebieden met (onvermijdelijk) minder
voetbalexpertise. Daarom is West-Europa in het tijdperk van de Champions League
– het ultieme voetbalkennisnetwerk – ’s werelds sterkste voetbalregio geworden.
Met slechts zes procent van de wereldbevolking heeft het de laatste drie WK’s
gewonnen, een prestatie die geen andere regio ooit is gelukt. Sterker,
West-Europa heeft sinds het WK 2006 acht van de negen podiumplaatsen gepakt:
WK
|
Winnaar
|
Tweede
|
Derde
|
2006
|
Italië
|
Frankrijk
|
Duitsland
|
2010
|
Spanje
|
Nederland
|
Duitsland
|
2014
|
Duitsland
|
Argentinië
|
Nederland
|
Let op de dieptekracht van de regio:
vijf verschillende West-Europese landen hebben de topdrie gehaald. Nederland
kan nu zelfs bijna per fiets topkennis gaan ophalen: onze oosterburen zijn
wereldkampioen en de zuiderburen staan nummer één op de FIFA-ranglijst.
Geografie is ons grote voordeel ten opzichte van een ander achterlijk geworden
voetballand, Brazilië.
Het belangrijkste risico
daarentegen: Nederland dreigt toegang tot het kennisnetwerk Champions League te
verliezen. Mogelijk al in 2018 kwalificeert de eredivisiekampioen zich niet
meer rechtstreeks voor dat toernooi, vanwege de belabberde Nederlandse
clubprestaties in Europa. Slechts een handjevol Nederlanders speelt nu
Champions League bij buitenlandse clubs.
Eindeloos rondpassen
Ook zonder Champions League moet
Nederland zich echter gaan bijscholen. Maar dat werkt slechts op lange termijn.
Op korte termijn moet het land meteen al het eindeloze ongevaarlijke rondpassen
afzweren. Simpel gezegd: Oranje moet overstappen van Ajax-voetbal naar
PSV-voetbal.
Willem van Hanegem begon deze
discussie op zijn manier, door te stellen dat bondscoach Danny Blind te veel
Ajacieden en te weinig Feyenoorders selecteerde. Maar Feyenoord is in dit debat
slechts bijzaak. Een club die de laatste veertig jaar maar drie keer kampioen
werd, is niet eens Nederlandse top.
Van Hanegem heeft wel gelijk dat
Blind te veel op de Ajax-stijl leunde. Zijn personeelskeuzes waren daarvan
slechts een symptoom. De Ajax-traditie geeft prioriteit aan jeugd en ‘klasse’
(wat bij Ajax is gaan betekenen: vaardigheid in passingoefeningen) boven
ervaring, kracht en snelheid. Een Ajax-bondscoach zal Anwar El Ghazi en niet
Bas Dost opstellen, Jaïro Riedewald of Davy Klaassen en niet Nigel de Jong. Een
Ajax-trainer zal tevens ‘dominant balbezit’ nastreven.
De PSV-traditie baseert zich
daarentegen meer op ervaring, kracht en countervoetbal (zie de overwinning op
Manchester United vorige maand). Al sinds 2008 presteert Oranje op grote
toernooien alleen met een dichte defensie en razendsnelle counters. Zo moet
Nederland verder, het liefst onder een buitenlandse bondscoach die hier nieuwe
kennis kan importeren.
Nostalgisch voetballand
Met studiereizen en countervoetbal
zal Oranje ongetwijfeld opkrabbelen. Over een paar jaar zijn we vast weer beter
dan IJsland (325.000 inwoners). Dan kwalificeren we ons weer voor de meeste
toernooien, net als bijvoorbeeld Zwitserland dat doet. De gouden tijd zal
vermoedelijk echter nooit meer terugkeren. Nederland was veertig jaar lang het
enige kleine land dat zich regelmatig met de wereldtop kon meten. Zo’n
onwaarschijnlijke prestatie laat zich moeilijk herhalen. Dat is de wet van
regressie naar het gemiddelde. De Nederlandse toekomst is waarschijnlijk als
nostalgisch voetballand à la Hongarije of Brazilië.
Hallo,
BeantwoordenVerwijderenJe bent vast, verboden bank en je hoeft niet het voordeel van de banken of kun je beter een project en moet de financiering, slecht krediet of geld nodig om rekeningen te betalen, geld om te investeren voor het bedrijfsleven.
Dus als je contant geld lening nodig hebt aarzel dan niet om contact met mij op via E-mail: groupefinancemondial@gmail.com
om meer over mijn zeer gunstige voorwaarden te leren.
niet ernstig refrein persoon
dank u