donderdag 17 maart 2016

Ziekteverzuim en een elftal Cruijffiaanse wijsheden



Verzuim, voetbal en een elftal Cruijffiaanse uitspraken


 

Verzuimbeheersing blijkt verrassend veel overeenkomsten te vertonen met het voetbalspel. Zoals alom bekend heeft Johan Cruijff een heldere visie én vaak een bijzondere kijk op het voetbal. Dat blijkt uit zijn vele uitspraken. Ter lering én de vermaeck een elftal  uitspraken van Cruijff als leidraad voor verzuimbeheersing.

 

  1. ‘Om te beginnen is er maar één bal en die moet je dus hebben; maar waar het in wezen omgaat is: wat doe je met die bal !’ De ziekmelding is de bal, de leidinggevende de voetballer. Maar wát doe je, als leidinggevende, met een korte, lange, frequente,of  problematische ziekmelding ?

 

  1. ‘In het voetbal zijn bepaalde wetten – wet nummer één is: het middenveld is de weegschaal van je elftal’.In het bedrijf is het management - zijn de leidinggevenden - het middenveld; zij zijn de probleemhouder en voeren de regie ten aanzien van verzuim.  Hamvraag is: hoe gaan zij met verzuim om ? hoe hoog staat het op hun agenda ? hoe goed getraind zijn ze? hoeveel ervaring hebben ze ? wat zit erin hun gereedschapskistje ?

 

  1. ‘Alles is al uitgevonden in het voetbal - alleen de omstandigheden veranderen’.Er zijn boekenplanken vol over verzuim geschreven, maar: elk bedrijf heeft cq krijgt het verzuim wat zij verdient- ook daar treffen we alle varianten aan: van pupillenvoetbal tot eredivisieteams.

 

  1. ‘De organisatie binnen een ploeg, de taakverdeling, het weten wat je moet doen als je op een andere positie op het veld terecht komt - dat is de basis van het voetbal’ –  De leidinggevende moet (als regisseur van het verzuim) goed en adequaat kunnen afstemmen én samenwerken met zijn sparringpartners bij problematische verzuim en reïntegratiezaken:  pz, bmw en de bedrijfsarts

 

  1. ‘Het verschil tussen goed en slecht spelen is zó klein – het belangrijkste is hard werken’ Elke ziekmelding is een trainingsmoment – er valt dus elke dag te trainen,trainen,én te trainen. Maak onderscheid tussen makkelijke en moeilijke ballen:tussen gewoon en problematisch verzuim

 

  1. ‘Wat vaak vergeten wordt is dat voetbal 87 minuten lang routine is; er zijn in de wedstrijd maar drie minuten waar het op aan komt- in die drie minuten win of verlies je’ Variant van de 80/20 regel ( het Pareto principe)-geldt ook voor verzuimbeheersing. Besteedt vooral aandacht aan de problematisch( frequent, te lang, conflicten, vastgelopen) verzuim

 

  1. ‘Inzicht is het belangrijkste- ik beheers een heleboel onderdelen perfect – 90% van het voetbal vak beheers ik – maar een balletje trappen is het minst belangrijke’. 0p basis van cijfers, prioriteitstelling én afspraken sturing geven aan verzuimbeheersing binnen de organisatie.

 

  1. ‘Tactiek is niet de man uitschakelen of zo – nee, het is weten waar mee je bezig bent’ Toon leiderschap: stel doelen en besluit het verzuim binnen uw organisatie aan te pakken.

 

  1. ‘Je moet schieten – anders kun je niet scoren !’  Te vaak komt verzuimbeheersing neer op het rond spelen van de bal. Gekenmerkt door een reactieve aanpak ,en een laissez faire instelling, afschuiven en doorschuiven van het probleem met als resultaat:slechte werksfeer en onopgeloste probleemgevallen

 

  1. ‘Voetbal is een spel van fouten – de ploeg die de minste fouten maakt is de beste’ Er zijn bedrijven die het heel goed doen - van die ‘good practice’ bedrijven valt veel te leren

 

  1. ‘Je gaat het pas zien, als je het door hebt’  En zo is het maar net!


 
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Voor de voetbal liefhebbers:  2 interessante zaken
 
Bekijk deze prachtige analyse van Ajax - PSV
en vergelijk dat met bovenstaande tekst 
 
Wat ging er wel/niet fout
 
Uiterst informatief - NOS Studio Voetbal - 24 april 2013 - wie won er ook al weer ?
Elf strijkplanken tegen elf voetballers
 
 
 
 
 
http://www.uitzending.net/gemist/183165/Nederland-1/NOSStudio_Voetbal.html
 
 
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
 
Een erg fraaie analyse waarom het Nederlands elftal niet is verder gekomen
Door de Britse journalist, maar voetbalkenner bij uitstek Simon Kuper 



Gouden tijd komt niet meer terug
Voetbalnatie in verval
 
Het Nederlands elftal moet een buitenlandse coach krijgen en countervoetbal gaan spelen. Misschien dat het dan op kan krabbelen. Maar, wereldtop wordt Oranje niet meer, schrijft Financial Times-journalist Simon Kuper.

·         Simon Kuper

15 oktober 2015


In 2004 werd Jürgen Klinsmann onverwacht bondscoach van het waardeloze Duitse voetbalelftal. Klinsmann woonde in Californië aan het strand, en had nog nooit een team getraind. Meteen riep hij Duitsland op tot vernieuwing: „We moeten elk ritueel en elke gewoonte ter discussie stellen.” Zijn Amerikaanse New Age-managementjargon, dat hem deed klinken als een businessboek dat je op het vliegveld koopt, irriteerde bijna iedereen in het Duitse voetbal.

Maar Klinsmann vernieuwde inderdaad alles. Duitsland keek vooral in Nederland het moderne voetbal af. Uit de Verenigde Staten haalde het fitnesstrainers en het principe van de data-analyse. Het kopieerde zelfs de architectuur van Clairefontaine, de centrale Franse jeugdopleiding. Jarenlang leerden de Duitsers door, en inmiddels zijn ze wereldkampioen. Nu het Nederlandse voetbal zijn eigen Stunde Null heeft bereikt, moet het ook op studiereis in onze ongeëvenaard creatieve voetbalregio. Maar zelfs na de vernieuwing zal Oranje waarschijnlijk nooit meer zijn oude glorie bereiken.

Voetbal speel je met je hoofd

Het enige voordeel van dit kleine voetballand was altijd kennis. „Voetbal is een spel dat je met je hoofd speelt”, zei Johan Cruijff, en meestal was Oranje het intelligentste nationale elftal. Nederland kan alleen van Duitsland winnen als Duitsland dommer is, en vaak was dat het geval. Maar rond het millennium hield Nederland op het voetbal uit te vinden. Zelfs Cruijff slaat sindsdien vooral eigenbelang dienende banaliteiten uit. De buitenlandse vraag naar Nederlandse trainers – de dragers van onze voetbalkennis – is opgedroogd. In de vijf grote Europese competities werken nog maar twee Nederlandse hoofdcoaches: Louis van Gaal (64 jaar) en Ronald Koeman (52 jaar).

Intussen bleven onze concurrenten doorleren. Neem Pep Guardiola, die als kind van Barcelona het Nederlandse denken van Cruijff en Van Gaal opslokte. Daar liet hij het echter niet bij. Albert Capellas, voormalig coördinator van de jeugdopleiding van Barça en later assistent-trainer van Vitesse, vertelde mij ooit dat de Nederlandse en Spaanse speelstijlen in balbezit weinig van elkaar verschillen. Het grote verschil lag volgens hem bij balverlies: Guardiola had een complex systeem van verdedigend pressen ontwikkeld, dat in Nederland niet bestond. Het Barça van Pep speelde een soort Hollandse School 2.0. Ook nu bij het oppermachtige Bayern München blijft Guardiola doordenken.

Dat moet Nederland terstond gaan doen. Het Nederlandse geluk is de ligging in West-Europa, een gebied met ongekend intensieve kennisuitwisseling. De Britse historicus Norman Davies verklaarde in zijn boek Europe, A History het West-Europese voordeel: ons ‘gebruikersvriendelijke’ klimaat. Een groot deel van de regio ligt dicht bij zee. Dat matigt de temperatuur. De westenwind matigt het nog verder. Omdat het hier ook nog eens veel regent, is het land vruchtbaar. Daardoor kunnen grote aantallen mensen op een relatief klein terrein leven.

Nieuwe lenzenslijper

Daarom vond hier in de zestiende en zeventiende eeuw de Wetenschappelijke Revolutie plaats: wetenschappers van Nederland tot Italië zaten dicht op elkaar en wisselden snel informatie uit. In de jaren zestig van de zeventiende eeuw ontving Christiaan Huygens brieven van een Schotse collega in het Frans over de nieuwe lenzenslijper die Robert Hooke in Londen had gemaakt. Zo kon Huygens zijn telescoop verbeteren. Nu wisselen voetbalpioniers als Guardiola en de Duitse bondscoach Joachim Löw kennis uit.

Oranje op voorgaande eindrondes


Dat internationale leren gaat moeizamer in minder dichtbevolkte gebieden met (onvermijdelijk) minder voetbalexpertise. Daarom is West-Europa in het tijdperk van de Champions League – het ultieme voetbalkennisnetwerk – ’s werelds sterkste voetbalregio geworden. Met slechts zes procent van de wereldbevolking heeft het de laatste drie WK’s gewonnen, een prestatie die geen andere regio ooit is gelukt. Sterker, West-Europa heeft sinds het WK 2006 acht van de negen podiumplaatsen gepakt:

WK
Winnaar
Tweede
Derde
2006
Italië
Frankrijk
Duitsland
2010
Spanje
Nederland
Duitsland
2014
Duitsland
Argentinië
Nederland

Let op de dieptekracht van de regio: vijf verschillende West-Europese landen hebben de topdrie gehaald. Nederland kan nu zelfs bijna per fiets topkennis gaan ophalen: onze oosterburen zijn wereldkampioen en de zuiderburen staan nummer één op de FIFA-ranglijst. Geografie is ons grote voordeel ten opzichte van een ander achterlijk geworden voetballand, Brazilië.

Het belangrijkste risico daarentegen: Nederland dreigt toegang tot het kennisnetwerk Champions League te verliezen. Mogelijk al in 2018 kwalificeert de eredivisiekampioen zich niet meer rechtstreeks voor dat toernooi, vanwege de belabberde Nederlandse clubprestaties in Europa. Slechts een handjevol Nederlanders speelt nu Champions League bij buitenlandse clubs.

Eindeloos rondpassen

Ook zonder Champions League moet Nederland zich echter gaan bijscholen. Maar dat werkt slechts op lange termijn. Op korte termijn moet het land meteen al het eindeloze ongevaarlijke rondpassen afzweren. Simpel gezegd: Oranje moet overstappen van Ajax-voetbal naar PSV-voetbal.

Willem van Hanegem begon deze discussie op zijn manier, door te stellen dat bondscoach Danny Blind te veel Ajacieden en te weinig Feyenoorders selecteerde. Maar Feyenoord is in dit debat slechts bijzaak. Een club die de laatste veertig jaar maar drie keer kampioen werd, is niet eens Nederlandse top.

Van Hanegem heeft wel gelijk dat Blind te veel op de Ajax-stijl leunde. Zijn personeelskeuzes waren daarvan slechts een symptoom. De Ajax-traditie geeft prioriteit aan jeugd en ‘klasse’ (wat bij Ajax is gaan betekenen: vaardigheid in passingoefeningen) boven ervaring, kracht en snelheid. Een Ajax-bondscoach zal Anwar El Ghazi en niet Bas Dost opstellen, Jaïro Riedewald of Davy Klaassen en niet Nigel de Jong. Een Ajax-trainer zal tevens ‘dominant balbezit’ nastreven.

De PSV-traditie baseert zich daarentegen meer op ervaring, kracht en countervoetbal (zie de overwinning op Manchester United vorige maand). Al sinds 2008 presteert Oranje op grote toernooien alleen met een dichte defensie en razendsnelle counters. Zo moet Nederland verder, het liefst onder een buitenlandse bondscoach die hier nieuwe kennis kan importeren.

Nostalgisch voetballand

Met studiereizen en countervoetbal zal Oranje ongetwijfeld opkrabbelen. Over een paar jaar zijn we vast weer beter dan IJsland (325.000 inwoners). Dan kwalificeren we ons weer voor de meeste toernooien, net als bijvoorbeeld Zwitserland dat doet. De gouden tijd zal vermoedelijk echter nooit meer terugkeren. Nederland was veertig jaar lang het enige kleine land dat zich regelmatig met de wereldtop kon meten. Zo’n onwaarschijnlijke prestatie laat zich moeilijk herhalen. Dat is de wet van regressie naar het gemiddelde. De Nederlandse toekomst is waarschijnlijk als nostalgisch voetballand à la Hongarije of Brazilië.

 

1 opmerking:

  1. Hallo,
    Je bent vast, verboden bank en je hoeft niet het voordeel van de banken of kun je beter een project en moet de financiering, slecht krediet of geld nodig om rekeningen te betalen, geld om te investeren voor het bedrijfsleven.
    Dus als je contant geld lening nodig hebt aarzel dan niet om contact met mij op via E-mail: groupefinancemondial@gmail.com
    om meer over mijn zeer gunstige voorwaarden te leren.
    niet ernstig refrein persoon
    dank u

    BeantwoordenVerwijderen