woensdag 8 oktober 2014

Ik maak zin door te werken

 
Zin moet je maken

Dit interview met René Gude is al weer bijna een jaar oud, maar nog altijd erg goed - uit de Trouw

Door: Peter Henk Steenhuis − 18/11/13, 20:00




Interview 'Ik maak zin door te werken," zegt René Gude, Denker des Vaderlands en een van de sprekers op het evenement 'Zin in werk' op 23 november in Utrecht. "Het beste bewijs daarvoor is dat als ik 's ochtends geen zin heb om te werken, maar er mij met grote tegenzin toch toe aanzet, ik 's avonds vaak wel tevreden ben over mezelf.

Ik prijs me dan ook gelukkig, dat ik geen vorm van tumor heb die mij het werken onmogelijk maakt. Mijn botkanker kostte mij een been, maar dat betekent niet dat ik als hoofdwerker geen standpunten meer zou kunnen innemen. Ik heb vanwege mijn ziekte tal van operaties ondergaan, maar terwijl ik in het ziekenhuis lag bij te komen van de operaties was ik alweer aan het bellen."
Dat is nogal activistisch: zin door werk. En eenzijdig.
"Andere perspectieven zijn zeer wel mogelijk, maar ik beperk me tot deze opvatting. Ik zie de zin van het leven als een bijproduct van ieders activiteiten. Ik neem 'zingeving' volkomen letterlijk. Er is niet een voorgegeven zin van dit alles. Mensen maken - met wisselend succes - zin, betekenis en doel in de wereld. Om met Gummbah te spreken: als het leven geen zin heeft, dan maakt het maar zin."
Hoe doe je dat, zingeven of zinmaken?
"We maken 'zin' in maar vier verschillende sferen. De eerste is de privésfeer met vrienden, familie en het gezin, waar belangeloosheid centraal staat. Dan de werksfeer, waarin via een contract de prestaties en beloning zakelijk geregeld zijn. De derde is de maatschappelijke sfeer, waar je vrijwillig projecten kunt starten met mensen en voor mensen die je helemaal niet kent. En ten slotte is er nog de politieke sfeer, waarin je zo actief kunt worden als je zelf wilt.

Het kost soms moeite die sferen scherp van elkaar te onderscheiden, want in Nederland beweegt iedere burger zich vrijelijk van de ene naar de andere. Voor lezers van deze krant is het volstrekt helder dat de burger een profane viereenheid is: een werkend privépersoon met maatschappelijke verantwoordelijkheid en politiek besef. Als je erin slaagt zin te houden in deze vier 'lagere sferen' ben je een heel eind denk ik."
Moeten we deze 'lagere sferen' nu van elkaar gescheiden houden?
"Nee, dat kan niet en het hoeft niet, maar het is nuttig om ze te onderscheiden. Daar kun je een hoop standaard misverstanden mee voorkomen. In iedere sfeer gelden andere regels en als je die door elkaar laat lopen, ontstaan er voorspelbare fricties.

Je kunt heel goed trouwen met een collega, maar het verandert de situatie thuis en op het werk wel. Politici mogen mensen best oproepen te participeren in ouderenzorg, maar het blijft gek, want vrijwilligerswerk kunnen ze uiteindelijk niet afdwingen met wettelijke middelen. Vrijwilligers in een zakelijke werksfeer voelen zich een vreemde eend in de bijt, en hun 'werkgevers' kunnen niet met de vuist op tafel slaan. Hoe alledaags is het niet dat iemand het werk zo belangrijk laat worden, dat huisgenoten en vrienden erbij inschieten? Of dat iemand zo politiek wordt dat hij of zij voor anderen op verjaarspartijtjes niet meer te pruimen is. Een dergelijke eenzijdigheid kan wel even, in een bepaalde levensfase kun je haast niet anders, maar op den duur zullen er zingevingsproblemen ontstaan.

Achter de vraag 'Is dit alles?' gaan altijd verwaarloosde levensgebieden schuil. Als je al je zinnen hebt gezet op je werk, dan kun je maar beter niet met pensioen gaan of nog erger: overcompleet raken."

·          

Achter de vraag 'Is dit alles?' schuilt altijd verwaarloosd levensgebied"

Moet dat allemaal en/en zijn?
"Nou ... en/of kan ook. Het is de flow die ontstaat als al je vermogens - je lustgevoelens, je zintuigen, je verstand en je wil - geactiveerd worden. Liefst in ondernemingen met anderen, want alleen is maar alleen. Het zijn de grote drie, het Schone (zintuigen), het Ware (verstand) en het Goede (de wil), maar ik zou er het Lustvolle toch graag uitdrukkelijk aan toevoegen. Het 'lekkere', zo je wilt."
En hoe gaat dat dan op het werk? Met dat Lustvolle moet je toch een beetje uitkijken, lijkt me?
"Ja, zo vrij als je in de privésfeer bent, kun je op je werk niet worden. Familieleden frutten aan elkaar, zoenen elkaar, eten met elkaar, je loopt in je nakie naar de douche. Het gezin is een zinnelijke bende. Op je werk zijn dat al gauw ongewenste intimiteiten."
Collega's kunnen elkaar ook zoenen, met elkaar uit eten gaan.
"Zinnelijkheid op het werk blijft riskant, je kunt er je lusten minder uitbundig uitleven dan thuis, maar als je het helemaal niet toelaat wordt het ook onaangenaam. "
En het Schone, de esthetiek? Pleit u voor meer kunst op het werk? Rutger Kopland zei eens dat wanneer zo'n zintuiglijke esthetische ervaring zich van je meester maakt, je het gevoel krijgt: 'Zo is het', als een sleutel die in een slot valt.
"Dat vind ik prachtig, wat je ziet, hoort, ruikt, is belangrijk voor ons gevoel van betekenisgeving, zingeving. Dergelijke ervaringen gun je iedereen op z'n werk.

Het is ook niet ongebruikelijk dat werkgevers daar aandacht aan besteden. Een mooi voorbeeld vind ik het Rockefeller Center in New York. Een gebouw voor werkende mensen, onvoorstelbaar mooi gemaakt met afbeeldingen en sculpturen van werkende mensen. Zo'n heerlijk gebouw dat ik er met liefde iedere dag de post zou rondbrengen.

Maar je ziet het belang van de esthetiek ook aan de Nederlandse industrieterreinen. Je kunt over veel zeuren, maar die zijn in dertig jaar van 'onbeschrijfelijk treurig' in 'zeer fraai' veranderd.

Daar hebben we blijkbaar heel veel voor over."
En de waarheid, de verstandelijke betekenisgeving?
"Niemand houdt van dom werk, behalve soms even voor de afwisseling. Zelfs bij het eenvoudigste werk is het prettig om de betekenis ervan te begrijpen. Dat maakt het mogelijk om jezelf in een werkoverleg te laten horen en een veelzeggend antwoord te geven op de eeuwige vraag: 'Wat doe jij?'

Daar een adequaat antwoord op kunnen geven is belangrijk. Niet te veel overdrijven, maar je betekenis vooral ook niet onderwaarderen.

Het is iets om te oefenen en als het je echt niet lukt om de betekenis van je werk tot uitdrukking te brengen, dan is dat meestal een teken dat je zonder het te weten al op zoek bent naar een ander baantje."

·          

Kun je niet zeggen wat de zin van je werk is? Dan moet je op zoek naar een andere baan"

Ten slotte het Goede ...
"Ja, dat is een extra dimensie. Je kunt precies begrijpen wat je doet en de betekenis van je werk aangeven, maar het volstrekt oneens zijn met de doelstellingen van je onderneming. Als je daaraan gewend raakt als medewerker, dan zou er eigenlijk iets moeten gaan wringen op zingevingsgebied.

De socioloog Karl Mannheim noemde dat 'functioneel rationaliseren': steengoed zijn in het bereiken van doelen waar je zelf nooit over nagedacht hebt. Hij pleitte voor 'substantiële rationalisering': steengoed zijn in het bereiken van doelen waar je wel over nagedacht hebt en volledig achter staat."
In tijden van crisis is het stellen van dergelijke eisen misschien een te grote luxe.
"Toch blijft het iets om naar te streven. Soms kunnen medewerkers voldoende invloed ontwikkelen op de doelstellingen van hun werkgever.

Medewerkers van Nutricia hebben zich verzet tegen genetisch gemodificeerde groente in babyvoeding, omdat ze het dan niet meer aan hun eigen kinderen wilden geven.

Werk is een interessant terrein om aan zinvolle doelen te werken. Als een werkgever daar geen aandacht voor heeft, dan is hij volgens Marx een nare kapitalist die de arbeider vervreemdt van zijn eindproduct."
We hebben nu vier vormen van zingeving, het Schone, het Ware, het Goede en het Lustvolle. Wat moeten we daarmee?
"Ze uit je hoofd leren en als de donder zorgen dat ze allemaal in je werk tot hun recht komen. Het mag een paar jaar kosten, het mag je hele leven duren, maar je weet wat je te doen staat.

Het is allemaal gebaseerd op de vermogens die je hebt. Je hebt niks anders om een eigen zinvolle werkelijkheid mee vorm te geven. Iedereen heeft begeerten, doet waarnemingen, vormt begrippen en heeft doelstellingen."
Goed, de vermogens zijn helder, maar in het gebruik ervan kan een hoop misgaan.
"Ja. In de eerste plaats omdat wij zelf onze lusten niet goed beheersen, niet uit onze doppen kijken, er maar wat op los kletsen en niet steeds van goede wil zijn. Dat vergt al wat oefening, bijvoorbeeld op het sportveld, in het museum, aan de academie en in een of andere tempel.

En in de tweede plaats hebben collega's en klanten ook zo hun begeertes, eigen ervaringen, eigen wijsheid en doelstellingen. Dat moet wel met grote regelmaat botsen."
Een hopeloze situatie.
"Dat denk ik niet. De effecten van onze activiteiten zijn veelvormig, verrassend en zelden goed te voorspellen. Maar de grondmotieven delen we.

Wij mensen lijken zo op elkaar doordat we geboren worden met min of meer dezelfde vermogens. We worden zelf iemand door het gebruik dat we van deze vermogens maken, de manier waarop we ermee aan het werk gaan. Aanleg en talenten zijn min of meer algemeen, het gebruik ervan volstrekt individueel.

In dat individuele zit het werk dat jíj gaat doen, het gezin dat jíj gaat stichten, de maatschappelijke verantwoordelijkheid die jíj op je neemt, en de politieke interesse die jíj aan de dag weet te leggen.

Samenwerking is alleen mogelijk als je in anderen kunt herkennen wat die persoon vermag, als je dezelfde vertrekpunten hebt. Samenwerking is pas interessant als alle betrokkenen iets anders met hun vermogens doen."
Klinkt bedrieglijk eenvoudig.
"Ik zeg: het is ongelofelijk moeilijk om een zinvol leven vorm te geven, maar het is niet oneindig gecompliceerd. Als je werk prettig aanvoelt, alles er aardig uitziet, je begrijpt waar het over gaat en je de doelstelling onderschrijft, dan ben je een heel eind. Daarvoor hoef je alleen maar je vermogens te ontwikkelen.

Verder moet je er nog even voor zorgen dat, buiten de werksfeer, je privéleven lekker loopt, je je maatschappelijke verantwoordelijkheid niet verwaarloost en je politieke interesse niet verslapt. Daarvoor hoef je alleen maar de verschillende sferen waarin je rondloopt te kunnen onderscheiden, dus dat is niet zo ingewikkeld. Als je nou ten slotte de mensen om je heen, je klega's, je familie en de rest van de mensheid niet in de weg zit om hetzelfde te bereiken, dan kan de zin van het leven je niet meer ontgaan."

Geen opmerkingen:

Een reactie posten