vrijdag 18 december 2015

Wat verdien je met welk beroep ? De Elsevier - Berenschot lijst van 250 veel voorkomende beroepen


Werk vervult vele functies.
Maar de belangrijkste doel/functie van werk is een inkomen verdienen
Maar wat 'verdienen' we eigenlijk met welk werk ?

Gemiddeld salaris per beroep


Hier vindt u een tabel met (geschatte) gemiddelde jaarinkomens van veel voorkomende beroepen in Nederland. Natuurlijk hangt een bepaalde functie van veel factoren af. Daarom wordt er een minimum, mediaan en maximum getal genomen. Minimum is het gemiddelde van de 10% laagstbetaalden, of het cao-loon. Mediaan is het middelste salaris van deze functie (50% verdient meer, 50% minder), dus niet het gemiddelde. Het maximum is het gemiddelde van de 10% hoogstbetaalden.
 
Alle onderstaande bedragen zijn bruto, incl. variabel salaris (zoals winstdeling en bonussen). Het gaat hier om salarissen en dus alleen over loon uit loondienst, diverse beroepsgroepen zijn vaak zelfstandigen.
FunctieMin.Med.Max.
1voorzitter raad v. bestuur middelgrote organisatie301.000442.000588.000
2lid raad van bestuur middelgrote organisatie231.500336.000439.000
3algemeen directeur middelgrote organisatie177.500255.000300.000
4piloot boeing 747173.500216.500270.500
5divisiedirecteur middelgrote organisatie152.500212.500255.500
6commercieel directeur114.000171.500194.500
7directeur groot ziekenhuis169.500
8directeur financieel-economische zaken110.000150.500183.500
9directeur inkoop114.500148.000175.000
10president hoge raad146.500
11directeur verkoop101.500144.500175.000
12burgemeester van een grote stad144.500
12commissaris van de koning144.500
12minister144.500
12nationale ombudsman144.500
16directeur sociale zaken95.500142.000159.000
17directeur research & development97.000138.000166.000
18staatssecretaris135.500
19bevelhebber landstrijdkrachten132.500
19generaal132.500
21president gerechtshof129.500
22operationeel directeur107.500128.000155.500
23secretaris-generaal ministerie127.500
23directeur-generaal ministerie127.500
23wethouder grote stad127.500
26directeur marketing100.000125.000154.500
27concerncontroller90.500115.000150.000
28directeur business development82.500114.000144.000
29directeur beleggingen85.500111.000139.000
30hoogleraar 1 (grote staat van dienst)76.500108.000120.500
31marketingmanager91.000107.000134.000
32gedeputeerde provincie107.000
33burgemeester van een middelgrote stad104.500
34businessunit-manager86.500104.000142.500
35kantonrechter grote steden104.000
36lid europees parlement103.500
37lid tweede kamer102.500
38manager zorginstelling84.000101.000124.500
39senior extern organisatieadviseur76.00099.500125.500
40hoofd arbeidsvoorwaarden75.00099.500122.500
41manager kamer van koophandel99.500
42directeur it81.00096.000131.500
43hoofd research & developement71.00096.000119.000
44treasurer68.00096.000110.000
45hoofd beleggingen64.00095.500125.500
46fiscalist67.00094.500112.500
47hoofd interne accountantsdienst68.50094.500110.000
48divisiecontroller84.00093.500122.500
49projectmanager it65.00093.000116.000
50regionaal korpschef middelgroot korps72.50091.000108.500
51manager it81.00088.500125.000
52verkoopleider70.00088.500112.000
53manager operations72.00088.000119.000
54controller62.00087.500109.000
55manager public relations64.00087.500107.000
56directeur voorlichting75.00087.500102.500
57hoofd personeel en organisatie67.00085.500115.000
58senior adviseur it69.00084.500101.000
59hoogleraar 2 (minder ervaren dan ‘1’)68.50084.500100.000
60kolonel68.00083.50098.000
61wethouder middelgrote stad83.000
62informatiemanager81.500
63jurist62.00081.00096.500
64intern organisatieadviseur57.00080.500112.000
65juridisch adviseur63.00080.50099.000
66projectleider groot maatschappelijk project67.00080.50094.000
67systeemarchitect62.00078.500102.500
68manager inkoop57.00078.500102.500
69regiomanager59.00078.50099.000
70voorzitter college van bestuur kleine school72.00078.00090.000
71hoofd verkoop buitendienst66.50077.50095.500
72topjournalist in loondienst54.50077.00088.500
73sector personeelschef59.00075.00097.500
74directiesecretaris61.50074.50097.500
75manager planning en analyse58.00074.50096.000
76hoofd technische dienst63.00074.00088.500
77projectleider it57.00073.00096.000
78hoofd opleidingen55.00072.50094.000
79extern organisatieadviseur51.50072.000100.000
80servicemanager52.50071.50096.500
81hoofd administratie56.00071.50094.000
82facilitair manager59.50071.50090.500
83sectorhoofd politie zware criminaliteit58.50071.00083.000
84manager logistiek59.00070.00093.000
85informatiemanager55.00069.00076.000
86hoofd personeel & organisatie politie58.50068.00083.000
87accountmanager49.00067.50087.000
88manager integrale kwaliteitszorg53.50067.00083.500
89hoofd marktonderzoek50.50066.50086.000
90hoofd bedrijfslaboratorium48.00066.00086.000
91hoofd inkoop57.00066.00081.000
92rijksaccountant52.00066.00078.000
93procestechnicus57.50065.50082.000
94informatieanalist48.00064.00084.500
95hoofd productie54.50064.00081.000
96projectleider51.00063.00085.500
97researcher/onderzoeker47.50063.00084.500
98hoofd verkoop binnendienst54.00063.00081.500
99adviseur arbo57.00062.50076.500
100databasebeheerder57.00062.00071.500
101exportmanager47.00061.50077.000
102leraar eerstegraads voortgezet onderwijs34.50061.50069.000
103projectadviseur it55.00061.00083.500
104manager kwaliteit43.00061.00078.500
105productmanager51.50060.50078.500
106majoor50.50060.50071.000
107griffier van een gerechtshof55.50060.50070.500
108functioneel applicatiebeheerder52.50059.00076.500
109wetgevingsjurist47.00059.00069.500
110systeemontwerper50.00058.00078.500
111hoofd planning /werkvoorbereiding46.00058.00074.500
112universitair docent54.50058.00069.500
113teamleider productie/wachtchef47.50057.50073.500
114inkoper46.00057.00071.500
115commercieel-technisch medewerker buitendienst47.00056.50074.500
116journalist dagblad47.00056.50068.000
117teamleider salarisadministratie41.50055.50070.000
118chef boekhouding45.50055.00068.000
119vertegenwoordiger44.00054.00070.000
120programmeur38.50052.50067.000
121persvoorlichter40.00052.50061.500
121publieksvoorlichter40.00052.50061.500
123service-technicus47.00051.00070.500
124directeur middelgrote basisschool37.50051.00060.000
125opleidingsfunctionaris44.50050.50066.000
126leraar bve34.00050.50060.000
127technisch applicatiebeheerder37.00050.50057.000
128marktonderzoeker37.00050.00062.500
129netwerkbeheerder39.50049.50062.500
130helpdeskmedewerker36.00049.50062.500
131manager verkoopbevordering36.50049.50061.000
132directiesecretaresse34.00048.50063.500
133chef werkplaats36.50048.50055.000
134teamleider crediteurenadministratie42.00048.00060.500
135hoofduitvoerder42.00048.00056.500
136bedrijfseconomisch medewerker36.50047.50063.000
FunctieMin.Med.Max.
137hardware-specialist37.00047.50060.000
138personeelsfunctionaris39.00047.50059.000
139chef magazijn en expeditie40.00047.50057.000
140controleleider34.50047.50056.500
141constructeur41.00047.00060.500
142technisch ontwerper34.50047.00058.500
143medewerker controlling36.50046.50060.500
144rechter in opleiding34.50046.00053.500
145jurist arbeidszaken36.00045.50054.500
146opleidingsadviseur informatica32.00045.00066.500
147directie kleine basisschool36.00045.00053.000
148kapitein defensie42.50045.00052.500
149planner it38.00044.50050.500
150teamleider verkoopondersteuning36.00044.00055.000
151teamleider telefonische verkoop33.00044.00054.000
152leraar tweedegraads voortgezet onderwijs34.00044.00052.000
153teamleider klantenservice40.00044.00051.500
154medewerker personeelszaken36.50043.50058.000
155hardware-beheerder37.00043.00050.500
156reclamechef32.50042.50049.000
157tester it33.50041.00048.000
158officemanager30.00040.00049.000
159redacteur32.50039.50046.500
160medewerker logistiek31.50039.50046.500
161politieagent b29.50039.00047.000
162leraar basisschool32.00039.00045.500
163marketingassistent34.50039.00044.500
164operationeel onderzoeker/controleur32.50038.50048.000
165medewerker public relations31.00038.50047.500
166medewerker kwaliteitsdienst36.00038.00046.000
167medewerker inkoop30.50037.50046.000
168milieudeskundige32.50037.50044.000
169ontwerper/tekenaar32.00037.50042.500
170grafisch ontwerper31.00037.00043.000
171chef-kok middelgroot restaurant33.00037.00042.500
172tweede luitenant30.50035.50041.500
173keurmeester30.50034.50040.500
174onderzoeker in opleiding29.00034.00037.000
175promovendus29.00033.50036.500
176drukwerkverkoper30.50033.00039.000
177treinmachinist31.00033.00038.500
178documentalist rijksoverheid29.50033.00038.500
179bedrijfsverpleegkundige31.00033.00038.000
180filiaalhouder middelgroot bedrijf31.00033.00036.500
181buschauffeur30.50032.00038.000
182laborant/analist27.00031.50038.000
183sergeant26.00031.50036.000
184administrateur25.00031.50035.000
185secretaresse26.50031.00036.000
186archiefbeheerder26.50030.00035.500
187grafisch vormgever26.50030.00035.000
188bewaker24.50030.00034.000
189bouwvakker23.50029.50033.000
190elektromonteur23.50029.00032.500
191illustrator24.00028.50033.500
192timmerman23.50028.50033.000
193hovenier21.50028.50032.000
194onderhoudsmonteur25.00028.50031.500
195stukadoor24.50028.50031.500
196toneelmeester23.00028.00032.500
197taxichauffeur22.00028.00032.000
198elektriciën22.50028.00031.500
199automonteur23.50028.00030.500
200arrestantenbewaker21.50027.50034.500
201fotograaf22.00027.50031.500
202portier22.50027.00035.500
203technicus21.00027.00032.500
204boekbinder20.50027.00031.500
205drukker22.50027.00029.000
206doktersasistente21.00026.50032.500
207operateur it21.00026.50031.500
208tekenaar21.50026.50030.500
209vrachtwagenchauffeur20.50026.50030.000
210lasser23.00026.50029.000
211ambachtelijk broodbakker22.50026.50029.000
212discjockey in vaste dienst21.50026.00030.500
213autospuiter20.50026.00030.500
214grafisch tekenaar21.00025.50029.500
215medewerker klantenservice21.00025.50028.000
216ambachtelijk banketbakker22.00025.00029.500
217lithograaf20.50025.00029.500
218schilder21.00025.00029.000
218winkelslager21.00025.00029.000
220metselaar20.50025.00029.000
221glaszetter19.50025.00029.000
222boekhouder19.00024.50029.000
223receptioniste19.50024.50028.000
224vuilnisman23.50024.00028.000
225barkeeper20.00024.00028.000
226apk-keurmeester20.50024.00027.500
227koerier19.50024.00027.500
228behanger18.00024.00027.000
229tegelzetter19.00024.00026.000
230zeilmaker20.50024.00025.000
231conciërge20.00023.50027.500
232datatypiste18.50023.50027.500
233boekdrukker19.00023.00027.500
234heftruckchauffeur19.00023.00027.000
235filmmonteur19.00023.00026.500
235handgraveur19.00023.00026.500
237dagbladopmaker18.50023.00026.500
238loodgieter18.00023.00024.500
239ober19.50022.50027.500
240kapper19.00022.50026.500
241slachter18.50022.50026.500
242betonvlechter19.50022.50026.000
243bode19.50022.50025.000
244spuiter19.50022.50024.000
245soldaat16.00022.00028.000
246treinsteward20.00022.00027.000
247wegwerker20.00022.00026.000
248baliemedewerker19.00022.00025.500
249naaister20.00021.50025.000
250schoonmaker20.00021.00024.000
251stratenmaker18.50021.00023.000
252afwasser19.50020.50024.500
253assistent-drukker18.50020.50024.000
254tourleader19.00020.50023.500
255caissière19.00019.50023.000
255vakkenvuller19.00019.50023.000
257assistent-boekbinder18.50019.50023.000

De groeiers onder het MKB - bericht over de FD Gazellen van 2015

Het is en blijft een probleem: doorgroeien van zzp naar klein en daarna door naar nog weer wat groter: groei stuipen, spurten, maar vaak ook groei pijn. Wie lukt het wel en waar ligt dat aan ?

 
Elk jaar publiceert het FD de zogenaamde FD Gazellen. Altijd erg interessant. Zeker dit jaar. Lees de onderstaande analyse uit het FD 
 
De Newsdesk

Analyse: FD Gazellen trekken Nederland uit het dal

 
 
Wat een verschil met vorig jaar. Waren we toen somber over het aantal snelgroeiende bedrijven, dit jaar is dat precies andersom. We tellen 490 Gazellen in 2015, bijna anderhalf keer zo veel als een jaar eerder. Zo’n aantal is niet meer voorgekomen sinds de economische crisis het mkb raakte. Gezamenlijk zijn ze goed voor een omzetimpuls van €9,6 mrd en 45.300 banen.


Het succes van de Gazellen, geselecteerd op basis van hun prestaties van 2012 tot 2014, lijkt een voorbode van het herstel van de Nederlandse economie. De verwachtingen waren begin 2015 gematigd, die groeiprognoses werden al snel overtroffen. In het voorjaar van 2015 verhoogde het Centraal Planbureau de ramingen voor de Nederlandse economie.

‘Nederland scoort boven-gemiddeld in Europa met het aantal -snelle -groeiers’


Komend jaar wordt gerekend op nog betere cijfers. In een recent rapport gaat ABN Amro uit van een economische groei van 2,3% in 2016: een groeiversnelling ten opzichte van het voorgaande jaar. Het is vooral de wispelturige consument die de schroom van zich afwerpt en weer geld durft uit te geven. Er zijn minder ontslagen, minder huiseigenaren die ‘onder water’ staan, de energieprijzen zijn laag en de lonen gaan weer stijgen. ‘Groeiremmers van afgelopen jaren ontpoppen zich de komende jaren waarschijnlijk als groeiversnellers’, stelt ABN Amro.
Dat het goed gaat met de Gazellen blijkt ook uit de gemiddelde omzetgroei. Die was nog nooit zo hoog in de twaalf jaar dat Het Financieele Dagblad de Gazellen organiseert. Gemiddeld nam de omzet in de afgelopen drie jaar 156% toe. De top 100 uit dit magazine groeide maar liefst 469%. Bijna alle bedrijven — 97% -— doen dat op autonome basis.
 
Voorhoede
Ook op Europees niveau lopen we in de voorhoede. ‘Nederland scoort bovengemiddeld goed als het gaat om het percentage snelgroeiende bedrijven’, zegt hoogleraar Justin Jansen van de Erasmus Universiteit naar aanleiding van onderzoek door Rotterdam School of Management en het Erasmus Centre for Entrepreneurship. Uit zijn onderzoek blijkt dat 5,4% van de Nederlandse ondernemingen een snelle groeier is: een hoger percentage dan in het Verenigd Koninkrijk, Duitsland of Frankrijk — landen die gezien worden als de motor van de Europese economie.
De groeicijfers van de Gazellen zijn wel wat gekleurd: het aandeel kleine bedrijven in de lijst groeit namelijk sterk, dan telt een omzetsprong van een paar ton al snel fors mee in het gewogen gemiddelde. Inmiddels valt 56% van de FD Gazellen in de categorie ‘klein’ (bedrijven met een omzet van €100.000 tot €2 mln). In 2010 was dat nog 39%.
 
Promotieonderzoek
In dit magazine besteden we speciale aandacht aan het promotieonderzoek van Paul Geuvers. Hij ontdekte dat een ondernemer een veel grotere invloed heeft op de prestaties en groei van zijn bedrijf dan gedacht. ‘Een ceo die veel met zijn mensen praat, haalt een twee keer zo groot rendement als een -hr-manager’, aldus Geuvers. Volgens het onderzoek komt snelle groei alleen tot stand als de ceo de groeiplannen — en dus ook het verdienmodel — deelt met zijn medewerkers. Een maandelijks praatje bij de koffieautomaat is niet voldoende.
In twee artikelen hebben we via gesprekken met de Gazellen de bevindingen van Geuvers getoetst aan de werkelijkheid. Succesvolle Gazellen besteden veel aandacht aan hun personeel en hebben platte organisaties. Sommigen gaan daar heel ver in. Zoals CTouch Europe, dat al zijn managers heeft geschrapt. Iedere medewerker maakt deel uit van een zelfsturend team. ‘En als je ze die verantwoordelijkheid geeft, zie je dat mensen die ook nemen’, aldus de financieel directeur van het bedrijf.
 
 
 
 
 
Niet alleen huidige Gazellen hebben tips voor ondernemers. Voor dit magazine zochten we ook contact met veteranen. Bedrijven die niet meer in de top 100 staan, maar nog steeds stevig doorgroeien.
 
Zoals Studentenwerk (tegenwoordig YoungCapital) dat de eerste jaren groeide zonder financier. En zo hoort het ook, aldus de oprichters. ‘Je hebt helemaal geen geld nodig. Ga eerst maar eens drie of vier jaar keihard werken’, aldus Hugo de Koning. En ook Pieter Zwart van internetretailer Coolblue vindt dat jonge ondernemers tegenwoordig te veel gericht zijn op vreemd vermogen. ‘Probeer de financiering in eigen hand te houden’, zegt hij in dit magazine. ‘De groei financiert zichzelf. Met de ingehouden winsten kun je investeren en nieuwe mensen aannemen. Daar heb je geen extra kapitaal voor nodig.’
 
 
Internetwinkel Coolblue is een van de 38 webshops in de lijst. Deze retai-lers vormen de snelstgroeiende branche binnen de lijst. Vorig jaar stonden er slechts twaalf internetwinkels in de Gazellenlijst. De snelste groeiers vinden we in de zakelijke dienstverlening. Het gaat om bedrijven als advies-bureaus, marketingbedrijven en detacheerders.
 
 
Net als macro-economen zijn ook de FD Gazellen positief over de toekomst. Bijna alle Gazellen (98%) rekenen op verdere omzetgroei. Vorig jaar lag dat nog op ruim driekwart (78%). 65% van de Gazellen is over de grens actief en gemiddeld komt 18% van de omzet uit het buitenland. België is het populairste land, gevolgd door Duitsland en de Verenigde Staten.
 
 
Over vijf jaar verwachten de Gazellen een derde van hun omzet uit het buitenland te halen. Daarmee trekken zij niet alleen de Nederlandse economie uit het dal, maar dragen zij ook hun steentje bij in het buitenland.

Dertig goeie kleine werkgevers, volgens de NRC

Het MKB is de motor van Nederland wordt vaak gezegd. Maar wie zijn de beste ? Naast de FD Gazellen probeert nu ook de NRC daar achter te komen. Wat zijn de kenmerken ? Bericht vanaf de werkvloer van BV Nederland:
 
 
 
30 beste kleine werkgevers van Nederland volgens NRC
15 december 2015 Consultancy.nl
 
       
NRC Carrière heeft zijn ‘Beste Werkgever onderzoek 2015/2016’ uitgebracht. Naast een ranking voor grote organisaties werd ook het Nieuwe Helden Onderzoek uitgevoerd, een onderzoek voor kleinere werkgevers, waarin het innovatieve vermogen werd beoordeeld en in hoeverre deze werkgevers de persoonlijke ontwikkeling van medewerkers stimuleren. De top drie bestaat uit Springest, Kabisa en GlobalOrange, vanuit de adviesbranche hebben diverse adviesbureaus een plek veroverd, waaronder Veneficus, Vintura, Novius, Solid Professionals, UNC Plus Delta .
 
NRC Carrière, het arbeidsmarktplatform van NRC Media heeft voor de vierde keer op rij – in samenwerking met onafhankelijk onderzoeksbureau SatisAction – het Beste Werkgeversonderzoek en het Nieuwe Helden Onderzoek doorgevoerd. Het onderzoek naar goed werkgeverschap onder hoogopgeleiden biedt inzichten in de tevredenheid van werknemers van organisaties en vergelijkt de arbeidsvoorwaarden van deze organisaties met elkaar.
 
Het ‘Nieuwe Helden Onderzoek’ richt zich op kleinere werkgevers (20-75 medewerkers) en kijkt naar de mate waarin organisaties innovatief zijn en een stimulans bieden aan de persoonlijke ontwikkeling van hun werknemers.
 
 Een overzicht van de top 10 Nieuwe Helden:
 
Top-30 Nieuwe Helden 2015-2016
 
In de top 10 van de ranglijst staat bovenaan (net als vorig jaar): Springest (#1), een opleidingsvergelijkingssite uit Amsterdam, gevolgd door Kabisa (#2), een ontwikkelaar van webapplicaties en mobiele applicaties met kantoren in Weert en Amsterdam, en GlobalOrange (#3), een softwareontwikkelaar uit Amsterdam. Verdere noteringen zijn er voor de Groningse telecomaanbieder Voys (#4); het Utrechtse internetbureau Evident (#5); XSARUS (#6), een website- en webapplicatie-ontwikkelaar uit Middelharnis; HiiL (#7), een juridische kennisinstelling uit Den Haag; Netwerven (#8) een Amsterdams bureau gericht op employer branding, online marketing en recruitment; en Pieterman (#10), een trainingsbureau uit Breda.
 
Dit jaar zijn er ook diverse boutique adviesspelers te vinden in de NRC Nieuwe Helden top 30.
 
Hoogstgenoteerde adviesbureau is op #9 Veneficus, een onderzoeks- en adviesbureau uit Rotterdam, bestaande uit econometristen die zich onder meer richten op data-analyse voor klanten binnen vier markten: Maritiem, Retail & FMCG, Verzekeraars en Zorg & Welzijn. Tot de klantenkring van Veneficus behoren grote spelers als Nationale Nederlanden, Unilever en Baker & McKenzie. Op #12 staat zorg- en life sciences adviesbureau Vintura genoteerd, dat dit jaar zijn vijftienjarig bestaan vierde en in 2015 bovendien behoort tot de groep FD Gazellen, de lijst met de snelst groeiende ondernemingen van Nederland. Een plek lager (#13) is organisatieadviesbureau Novius te vinden, dat onlangs een business consultancy trainee programma lanceerde om nieuw talent aan te trekken.
 
 
Top 30 Nieuwe helden - 11 tot 30
 
 
Op plek #14 heeft ook Solid Professionals een plek weten te veroveren. Het consultancybureau uit Utrecht, dat organisaties uit onder meer de financiële sector helpt met vraagstukken rondom finance en risk management, was eerder dit jaar een van de kanshebbers tijdens de Port4Growth High Growth Awards
 
 
Op #22 staat Viisi, een financieel adviesbureau dat gespecialiseerd is in hypotheekadvies voor hoogopgeleiden, met kantoren in Amsterdam, Den Haag en Haarlem. Chiever, een Amsterdams merken- en juridisch adviesbureau, staat op plek #28. De top 30 beste werkgevers wordt afgesloten door het snel groeiende trainings- en consultancybureau UNC Plus Delta, dat dit jaar – net als Vintura en Viisi – wederom behoort tot de groep FD Gazellen*.
 
 
* Het bureau uit Amstelveen werd voor het derde jaar op rij genomineerd, dit jaar zelfs met twee nominaties: aan de ene kant met zijn bedrijf dat de onderwijsbranche bedient (Plus Delta Onderwijs) en daarnaast met zijn praktijk die trainingen aanbiedt (UNC Plus Delta Opleidingen).

dinsdag 8 december 2015

Over robots en de verandering van werk - bang voor verandering ?

Aardig artikel in de NRC van vandaag - 8 december 2015 - over WRR rapport Robots de baas. Klinkt allemaal nogal alarmistisch. Wie is er nu de baas ?

Het werk verandert, als altijd- nooit ander geweest. net als de hele maatschappij. Technologische ontwikkelingen versnellen processen en dienstverlening. Dus ...
 
Lees het artikel:

Hoe Nederland robots de baas kan blijven - bron: NRC

Vandaag presenteert de WRR een studie naar de gevolgen van robots op de maatschappij. Die levert een aantal moeilijke politieke vraagstukken op.

Ja, robots en kunstmatige intelligentie gaan waarschijnlijk allerlei banen ingrijpend veranderen en misschien zelfs vervangen. Maar nee, dat is geen reden voor angst: het gaat namelijk niet zo snel als veel pessimisten beweren. Bovendien bepalen mensen nog altijd zelf hoe ze technologie gebruiken, dus kunnen beleidsmakers, bedrijven en burgers veel doen om mee te veranderen.
Dat zijn de belangrijkste conclusies van de studie De robot de baas van de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid (WRR). Dat onderzoek naar robotisering presenteert het onafhankelijke adviesorgaan vandaag aan minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken, PvdA). In de studie komt de WRR met vier agendapunten voor beleidsmakers, bedrijven en burgers. Sommige van die vragen liggen politiek behoorlijk gevoelig.
 
 

 
 
 
 
1 Gaan robots mensen vervangen of helpen?
 
Robotisering biedt volgens de onderzoekers veel kansen, dus ze pleiten ervoor dat Nederland op allerlei manieren investeert in nieuwe toepassingen van robots en kunstmatige intelligentie. Maar dan wel op zo’n manier dat robots mensen helpen in plaats van dat ze alleen worden ontwikkeld om mensen te vervangen.
De WRR vindt dat beleidsmakers bij het uitgeven van publiek geld aan robots vaker expliciet die vraag moeten stellen: helpt dit of maakt het alleen werkloos? Ook werkgevers zouden hiernaar vaker moeten kijken bij beslissingen.
Neem de zorg. Dat is bij uitstek een branche waar veel verwacht wordt van robots en algoritmes die het werk van artsen en verpleegkundigen kunnen overnemen. „Maar ga je dan technologieën ontwikkelen omdat ze de zorg beter maken, of om te bezuinigen op personeelskosten”, vraagt Monique Kremer van de WRR zich hardop af. „Daar moeten alle betrokken partijen al in het eerste stadium over nadenken.”
Maar veel technologie wordt in het buitenland bedacht en ontwikkeld: hoe gaat Nederland überhaupt invloed krijgen op dat proces? „De overheid is ook een belangrijke aanbesteder”, zegt mede-opsteller Robert Went. Bijvoorbeeld in de zorg. „Bij publieke aanbestedingen zijn miljarden gemoeid. En er zijn overheidsfondsen voor innovatieve ondernemers en e-health bijvoorbeeld.”
 
2. Hoe verdelen we robot-opbrengsten?
 
Een van de belangrijkste gevolgen van robotisering waar de meeste experts het over eens zijn, is groeiende ongelijkheid. Mensen die robots bouwen of de baas zijn bij bedrijven die robots inzetten, zullen veel geld kunnen verdienen. Maar wie wordt vervangen door robots, bijvoorbeeld medewerkers van snel automatiserende verzekeraars, krijgt juist minder kansen. De WRR vindt dat politici beter moeten nadenken over nieuw sociaal beleid, en over nieuwe manieren van inkomensherverdeling.
Zij opperen bijvoorbeeld de mogelijkheid van een ‘robotdividend’ dat bedrijven aan de samenleving zouden moeten betalen, waardoor iedereen zou profiteren van de opbrengsten. Ook staat er in de studie een advies om werknemers aandeelhouder te maken van bedrijven en kapitaal, zoals bij veel start-ups al gebruikelijk is. Of bijvoorbeeld om zogeheten public venture funds op te richten, waarmee de overheid investeert in robotbedrijven. Die zouden dan een ‘maatschappelijk dividend’ uitkeren aan alle burgers.
Dat zijn vrij verregaande voorstellen: hoe realistisch denken de onderzoekers dat die zijn? „Dat is aan de politiek. Maar politici zouden ook buiten dogma’s moeten denken”, zegt Went. Hij oppert bijvoorbeeld ook het herinvoeren van regelingen voor arbeidsduurverkorting of vervroegde pensionering voor mensen die buiten de boot vallen. „Maar dan niet een regeling die voor iedereen hetzelfde is, maar op maat gemaakt.” Vergelijkbare regelingen werden de afgelopen jaren juist afgeschaft.
Hoe verandert de arbeidsmarkt?
3 Is het onderwijs klaar voor robots?
 
Als het gaat over robots, gaat het in politieke discussies ook vaak over het onderwijs. Vaak gaat het dan om twee dingen: hoe gaan mensen de vaardigheden leren die nodig zijn om de concurrentie aan te gaan met robots? En: hoe zorgen politici, werknemers en werkgevers ervoor dat mensen tijdens hun carrière voldoende doen aan bijscholing en omscholing zodat ze de technologische veranderingen bij kunnen benen?
Dat is ook allemaal belangrijk, staat in de WRR-studie. Je kunt een leven lang leren bijvoorbeeld stimuleren met belastingvoordelen. En het ligt voor de hand dat het onderwijs zich meer richt op sociale vaardigheden, het stellen van vragen, creativiteit en empathie: vaardigheden die computers nog heel lang niet zullen hebben.
Maar dat is niet de kernvraag, als het aan de WRR ligt. Die is: „Welke taken, relaties en verantwoordelijkheden wíllen we bij mensen houden?”
„Als je nou vindt dat beslissingen in bijvoorbeeld de zorg nog gedaan moeten worden door menselijke artsen, moet je daar rekening mee houden met hoe je hun onderwijs inricht”, zegt Kremer.
Of neem de rechtspraak. Het is niet ondenkbaar dat afwegingen van wetten tegen bepaalde feiten op een gegeven moment beter gedaan kan worden door een computer dan door een rechter van vlees en bloed. Nu al gebruiken rechters soms kunstmatige intelligentie voor het analyseren van bepaalde jurisprudentie. „Maar wil je dat een oordeel wordt geveld door een robot of een mens?”
Volgens de WRR moet de maatschappij eerst de vraag beantwoorden welke beslissingen computers mogen nemen, en voor welke besluiten we per se mensen het laatste woord laten houden. „Pas dan kun je eigenlijk besluiten op welke specifieke vaardigheden je in het onderwijs wil inzetten.”
 
 
4 Hoe reageren mensen op een robot-baas?
 
Dit is een vraag waar nog geen goed antwoord op is: er is weinig onderzoek gedaan naar wat het effect is van robots en algoritmes op werknemers. Nu steeds meer medewerkers te maken krijgen met smartphones die ze instructies geven, of technologieën die hun locatie in de gaten houden, rijst de vraag wat het effect daarvan is op hun welbevinden. Hoe reageren chauffeurs die rijden voor de digitale taxidienst Uber bijvoorbeeld op geautomatiseerde instructies van een appje?
Autonomie is een van de belangrijkste factoren die bepalen of een medewerker gelukkig is, blijkt uit diverse onderzoeken die in de WRR-studie staan vermeld. „Als aan autonomie een gebrek is in een baan, krijgen mensen vaker een burn-out, en ook neemt hun productiviteit af”, aldus Kremer.
Technologie kan de autonomie van medewerkers negatief beïnvloeden, staat in het WRR-rapport. Maar misschien ook positief. Dat is nu nog onbekend omdat er weinig aandacht voor is in de academische wereld. De onderzoekers willen dat voor deze vraag meer aandacht komt bij beleidsmakers, werkgevers en wetenschappers.

donderdag 26 november 2015

Irvin Yalom - psychiater - over Eéndagsvliegen- Het Volkskrant interview - met Bram Bakker

 
 
 Psychiater Irvin D. Yalom: 'Ik geef nooit een diagnose'
Interview In zijn nieuwste boek Eendagsvlinders beschrijft Irvin D. Yalom wat ervoor nodig is om cliënten echt aan het praten te krijgen. Collegapsychiater Bram Bakker zocht zijn grote voorbeeld en inspirator op in San Francisco.
Door: Bram Bakker 24 april 2015 - Volkskrant
In de ruim een halve eeuw waarin hij patiënten ontvangt, heeft de Amerikaanse psychiater Irvin D. Yalom vele, zeer uiteenlopende verhalen aangehoord. Maar de reden waarom mensen in psychotherapie gaan, veranderde niet, zegt hij: moeite met relaties. Pas als een patiënt heeft geleerd hoe hij relaties moet aangaan, is een therapie geslaagd. Ook dat is niet veranderd. Bij het grote publiek is Irvin D. Yalom vooral bekend als schrijver, van bestsellers als De Schopenhauer-kuur, Nietzsches tranen en Het raadsel Spinoza.
 
Maar hij is ook een van de invloedrijkste psychotherapeuten ter wereld. In zijn nieuwe boek Eendagsvlinders en andere verhalen uit de psychotherapie (Balans, euro 19,95) schetst hij tien gevallen; tien verhalen van 'patiënten bezig met de angst voor de dood, angst voor het verlies van dierbaren en uiteindelijk het verlies van zichzelf, met de vraag hoe je een betekenisvol leven moet leiden'.
 
Yalom heeft twee werkadressen: een in downtown San Francisco, bovenop Russian Hill. Vanaf de straat waar zijn praktijk is gevestigd, heb je een adembenemend uitzicht op het wereldberoemde gevangeniseiland Alcatraz. Het andere adres is in Palo Alto, zo'n 50 kilometer van San Francisco. Hij ontvangt me op Russian Hill. Ondanks zijn leeftijd, hij is 83, maakt hij een jeugdige indruk, en zijn geestelijke vermogens zijn onverminderd scherp. In het gesprek is hij vriendelijk en relativerend over zijn invloed, maar hij heeft intussen wel een scherpe mening, die ook in zijn werk is terug te vinden.
 
Uw laatste boek, Eendagsvlinders, lijkt een vervolg op het boek waarmee u in de jaren tachtig doorbrak als schrijver voor een lekenpubliek, Scherprechter van de liefde. Wat was de belangrijkste drijfveer om het te schrijven?
 
'Het gaat wat mij betreft nog steeds om dezelfde boodschap: een authentieke, wezenlijke relatie tussen de cliënt en de therapeut gaat aan alles vooraf. Op het moment dat die relatie er is, volgt de rest vanzelf. Je krijgt pas dan de zaken te horen die er echt toe doen voor de cliënt, en dat kunnen heel uiteenlopende dingen zijn. Het gaat niet om mijn interpretatie, maar om wat de cliënt met mijn feedback doet. Ik probeer iets aan te reiken, maar kan eigenlijk nooit voorspellen waartoe dat leidt. En daar probeer ik in mijn boeken iets van te laten zien.'
 
Kunt u een voorbeeld geven van die onvoorspelbare effecten?
 
 Ik stoor me enorm aan al die theoretische verhandelingen over werkingsmechanismen
'In Eendagsvlinders adviseer ik in het gelijknamige verhaal aan twee heel verschillende mannen om Overpeinzingen van de Romeinse keizer Marcus Aurelius te lezen. In het ene geval bedenk ik puur associatief dat het wellicht past bij de man in kwestie. Omdat ik weet dat hij het ook daadwerkelijk zal lezen, moet ik het zelf ook gaan herlezen, omdat het vele jaren geleden is dat ik het heb doorgewerkt.
 
Doordat ik er zo mee bezig ben, kom ik waarschijnlijk op de gedachte om het ook aan een andere cliënt aan te bevelen, een heel ander
type, met totaal andere problemen. 'En wat blijkt? Allebei zijn ze behoorlijk enthousiast over hetgeen ze bij Marcus Aurelius lezen, maar geen van beiden pikt de passages eruit die ik bij ze vind passen. Ze halen er zelf iets uit, en ik heb daar geen invloed op. Maar wel denk ik dat ze het kunnen gebruiken vanwege de relatie die ik met ze heb. Vanuit het vertrouwen dat er tussen ons is, gaan ze ermee aan de slag.'
 
U heeft zo enorm veel ervaring, dan zal het toch geregeld gebeuren dat u snel kunt inschatten waar het probleem van iemand zich bevindt, en wat er nodig is om daar vooruitgang in te boeken?
'Dat is een grote valkuil, je kunt altijd weer verrast worden en het valt ook nooit betrouwbaar te voorspellen hoe een behandeling gaat verlopen. Ik stoor me enorm aan al die theoretische verhandelingen over werkingsmechanismen. Ik heb geen idee hoe het komt dat een behandeling wel of niet werkt, maar wat ik zeker weet is dat een authentieke relatie, een ontmoeting waarin ik als therapeut volledig aanwezig en beschikbaar ben, aan ieder mogelijk succes ten grondslag ligt. En als ik het soms even niet meer weet, grijp ik ook altijd terug naar die relatie. Waar staan we in het hier en nu? Vrijwel altijd kun je vanaf dat punt weer verder.'
 
U beschrijft in de tien verhalen in Eendagsvlinders vooral mensen met wie u een kortdurend behandelcontact had. Is dat bewust?
Die zevenhonderd uur psychoanalyse die ik zelf in een paar jaar onderging, beschouw ik nu als verspeelde tijd. Bullshit.
 
'Sinds enkele jaren doe ik eigenlijk alleen nog maar korte behandelingen, dat heeft vermoedelijk ook met mijn leeftijd te maken. Ik zie elke doordeweekse dag nog altijd drie patiënten, en ik wil me niet vastleggen op langdurige behandelingen. In het verleden heb ik dat wel gedaan, maar ik geloof er ook niet meer zo in. 'Die zevenhonderd uur psychoanalyse die ik zelf in een paar jaar onderging, beschouw ik nu als verspeelde tijd. Bullshit.
 
 Over mijn angst voor de dood, een heel belangrijk thema in mijn leven, is het al die tijd nooit gegaan bijvoorbeeld. Wel ben ik overtuigd dat het vooral voor psychotherapeuten goed is om gedurende hun hele leven af en toe in therapie te gaan. En dan vooral ook verschillende therapievormen op uiteenlopende leeftijden. Maar niet achter elkaar door.'
 
In de huidige tijd is behandeling met cognitieve gedragstherapie de gouden standaard geworden, omdat het zo goed onderzocht is. Wat vindt u daarvan?
 
'Ik vind dat ronduit catastrofaal. Het is goedkoop, mindless en saai. Er is nauwelijks follow-up van al die fragmentarische interventies. Onder druk van accreditatiecommissies en verzekeringsmaatschappijen worden aan hedendaagse psychotherapeuten zeer specifieke technieken geïnstrueerd voor specifieke diagnostische categorieën als depressie, paniekaanvallen of specifieke fobieën. Ik ben bang dat we daardoor de persoon als geheel uit het oog verliezen. Met de verhalen over de tien patiënten in Eendagsvlinders heb ik mede daarom aandacht willen vragen voor een humanistische en holistische aanpak.'


 
U heeft de introductie en popularisering van classificatiesystemen als de DSM meegemaakt. Heeft de DSM ons verder geholpen, bijvoorbeeld in het wetenschappelijker maken van het vak?
 
Ik stel nooit een diagnose, dat is ook helemaal niet nodig.
'Misschien in de zware, klinische psychiatrie, waar medicatie in de behandeling van mensen met een ernstige bipolaire stoornis of heftige psychosen onmisbaar is, maar zeker niet in de psychotherapie. Ik stel nooit een diagnose, dat is ook helemaal niet nodig. 'Dat kunstmatige onderscheid tussen de zogenaamde ziektebeelden - depressies, angststoornissen, et cetera - en persoonlijkheidsstoornissen slaat nergens op. En de enorme placebo-effecten in al die behandelstudies zijn naar mijn idee voor een groot deel ook het gevolg van de relatie tussen de behandelaar en de cliënt: hoe beter die relatie, hoe groter het effect.
'In de opleiding worden de toekomstige collega's gedwongen op een zeer beperkte manier te kijken, maar ik merk dat het tij voorzichtig keert: de artsen die in opleiding zijn tot psychiater krijgen weer meer interesse in psychotherapie, ze willen weten hoe dat werkt. En daar heeft zo'n DSM-systeem niets mee te maken. Af en toe houd ik een lezing op een congres voor psychiaters, en daar zie ik groeiende interesse. Ik ben ook nog steeds betrokken bij het opleiden van toekomstige collega's door intervisie en supervisie te geven.'
 
Is de combinatie nog wel mogelijk, psychiater en psychotherapeut tegelijk zijn?
 
Ik denk ook wel dat de jonge mensen van nu anders zijn dan vijftig jaar geleden
'Ik denk het wel, maar eigenlijk vraag je dat aan de verkeerde persoon. Ik doe alleen psychotherapie en schrijf al jaren geen medicatie meer voor. Die enkele keer dat ik denk dat het voor een cliënt wellicht zinvol is om bijvoorbeeld een antidepressivum te gebruiken, verwijs ik naar een collega. 'Ik heb een enorm geselecteerde groep cliënten: vrijwel allemaal komen ze via mijn boeken, en dat veroorzaakt een flinke vertekening in mijn waarnemingen. Het zijn ook vrijwel altijd oudere mensen. Pas vroeg ik aan een 25-jarige jongedame waarom ze zo vaak van baan was veranderd, en haar reactie was: 'U begrijpt niet hoe het werkt tegenwoordig.' Misschien heeft ze gelijk. Ik denk ook wel dat de jonge mensen van nu anders zijn dan vijftig jaar geleden. Maar de belangrijkste reden waarom mensen in psychotherapie gaan, is volgens mij niet veranderd: ze hebben moeite met relaties, vooral de intieme, en in een geslaagde therapie leren ze hoe het wel moet. Als ze die therapie-ervaring weten te verinnerlijken, dan profiteren ze daarvan in hun dagelijkse leven. Het feit dat ik een medische achtergrond heb, speelt in dit werk nauwelijks nog een rol. Wat dat betreft had ik ook klinisch psycholoog kunnen zijn.'
Hoe verhoudt het schrijverschap zich tot het psychotherapeut zijn?
 
'Het schrijven heeft altijd het vak gediend, dat was al zo in de tijd dat ik leerboeken schreef. Dat is eigenlijk nooit veranderd. Met alles wat ik geschreven heb, wilde ik graag mensen iets leren, ook jongere collega's. Dat onderwijzende zit ook in mijn romans, de verhalende vorm is slechts een manier om te onderwijzen. En het is niet toevallig gekozen: in psychotherapie wordt ook een verhaal geconstrueerd, het narratieve past bij de boeken en het therapeut zijn.'
 
Denkt u tijdens therapiesessies weleens: dit kan ik gebruiken voor een verhaal?
 
Niemand komt herkenbaar in een boek terecht en de mensen waarvan ik het verhaal heb gebruikt, vraag ik van tevoren expliciet om toestemming.
 
'Eigenlijk nooit. Ik maak van ieder gesprek aantekeningen, en die bewaar ik trouw. Op het moment dat ik aan een boek begin, ga ik graven in mijn archieven, selecteren en schaven. Niemand komt herkenbaar in een boek terecht en de mensen waarvan ik het verhaal heb gebruikt, vraag ik van tevoren expliciet om toestemming. 'Alleen Ellie, een patiënte met kanker, die ik maar kort heb kunnen behandelen, omdat haar ziekte haar heel snel fataal werd, wilde expliciet dat haar eigen naam gebruikt zou worden in het verhaal over onze therapie in Eendagsvlinders.'
 
Hoe denkt u over sociale media als Facebook: wat voor effect hebben al die technologische ontwikkelingen op ons?
 
'Het is van alle tijden dat ouderen denken dat we onderweg zijn naar de hel, wat dat betreft is er niets nieuws aan de hand. Dat ik er weinig aandacht aan besteed, heeft ook te maken met het feit dat de meeste behandelingen die ik beschrijf in mijn boeken vaak al jaren geleden hebben plaatsgevonden. 'En het valt me eerlijk gezegd mee hoe goed het mogelijk blijkt te zijn om therapie te doen via Skype.
Op voorhand verwachtte ik er niets van, maar in de praktijk blijkt het toch aardig te werken. Ik heb meerdere cliënten die ik enkel via Skype ken. Wel valt het mijzelf steeds moeilijker om mijn dagelijkse routine vast te houden. 'Naast dat ik vijf keer drie patiënten per week zie, probeer ik iedere dag drie uur te schrijven. Maar doordat ik steeds meer e-mails moet beantwoorden gaat dat steeds lastiger.' (Yalom is dan ook opvallend bereikbaar voor iemand met zijn status: op zijn website staat een direct mailadres, en hij antwoordt ook nog eens prompt op berichten, BB.)
 
Zijn de problemen waarmee mensen u consulteren veranderd in de loop der tijd?
 
'Opnieuw moet ik dan het voorbehoud maken dat ik met een heel selectieve groep mensen werk, mensen die mijn boeken hebben gelezen en die met bepaalde verwachtingen naar me toe komen. En ook vaak mensen die me idealiseren. Die denken dat ik wijs ben vanwege mijn leeftijd. Maar binnen die groep cliënten gaat het eigenlijk om tijdloze vraagstukken, die betrekking hebben op een gebrekkig gevoel van eigenwaarde of moeite om goed te functioneren binnen bepaalde relaties. En met een tatoeage los je dat niet op.'
 
Hoe ziet u de toekomst van de psychotherapie?
 
'Er is veel te veel invloed van de verzekeraars, en dat heeft ertoe geleid dat er te veel op korte termijn wordt gedacht, en op veel te beperkte deelterreinen wordt beoordeeld of een behandeling zinvol is. Dat zal in Nederland niet anders zijn. Ik denk dat dit mede de oorzaak is voor het steeds schaarser worden van prachtige vormen van psychotherapie als groepsbehandeling of gezinstherapie. Goede groepsbehandeling is nauwelijks nog voorhanden, doodzonde. Relatietherapie doe ik zelf niet meer, en het valt me op hoe lastig het is om iemand te vinden waar ik daarvoor naar kan verwijzen.'
Na het lezen van uw roman De Schopenhauer-kuur begon ik ooit een groep die was gemodelleerd naar dit boek. Wat vindt u van zo'n initiatief?
 
'Loopt die groep nog? Nee? Begin dan snel met een nieuwe. En nu zal ik een taxi voor je bellen, want er komt zo dadelijk nog een patiënt, en daarna heb ik mijn maandelijkse intervisiegroep, met allemaal heel goede jonge therapeuten. En geloof me: in dat clubje ben ik lang de beste niet.'
Bestsellers
Irvin Yalom is een van de bekendste psychiaters ter wereld. Hij was hoogleraar aan de universiteit van Stanford en publiceerde aanvankelijk vooral voor vakgenoten, zoals een standaardwerk over groepspsychotherapie. In de afgelopen decennia werd hij beroemd als auteur van boeken voor een algemeen publiek, die steeds refereren aan zijn werk als psychotherapeut. Hij schreef wereldwijde bestsellers als Nietzsches tranen en Tegen de zon in kijken. Al zijn boeken zijn in het Nederlands vertaald en hij heeft een grote schare liefhebbers in Nederland.