vrijdag 25 september 2015

Verzuim: de laatste cijfers - meeste ziekteverzuim in onderwijs, ambtenaren zijn het langst ziek

 

 

CBS: Ziekteverzuim verschilt aanzienlijk per bedrijfstak

In het tweede kwartaal van 2015 kwam het ziekteverzuimpercentage uit op 3,7 en was daarmee gelijk aan het percentage van een jaar eerder. Het ziekteverzuim was het hoogst in het onderwijs, de zorg en het openbaar bestuur. Dit meldt CBS.
 
In het onderwijs bedroeg het verzuim 4,9 procent (evenals in het tweede kwartaal van 2014), in de zorg en het openbaar bestuur en overheid was dat 4,8 procent (in 2014 nog 4,6 procent). In de horeca was het ziekteverzuim met 2,1 procent het laagst (in 2014 was dat 2 procent).

Werknemers gemiddeld één keer per jaar ziek

Uit cijfers van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) uit 2014 blijkt dat 43 procent van de werknemers zich in de voorafgaande twaalf maanden wel eens ziek heeft gemeld. Gemiddeld meldden werknemers zich in dat jaar één keer ziek. De gemiddelde verzuimduur per werknemer bedroeg ruim 6 dagen.
 
De gemiddelde verzuimduur was met 8,5 dagen in 2014 het hoogst onder werknemers in het openbaar bestuur en bij overheidsdiensten. Werknemers in de industrie volgden op de voet, met gemiddeld 8,4 ziektedagen per jaar.

Verzuim in onderwijs: relatief vaak, maar niet lang

Werknemers in het onderwijs verzuimden bijna anderhalf keer zo vaak als het landelijk gemiddelde van alle bedrijfstakken. Maar de gemiddelde verzuimduur lag in deze bedrijfstak nauwelijks hoger dan gemiddeld. Gemiddeld werd 6,6 dagen verzuimd.  In het onderwijs wordt dus vaker, maar niet langer verzuimd.

Kwart van de ziekmeldingen heeft met werk te maken

Bijna een kwart van de ziekmeldingen in 2014 kwam naar de eigen inschatting van werknemers (deels) voort uit omstandigheden op het werk. Binnen de bedrijfstak vervoer en opslag was dit aandeel het grootst. Bijna 3 op de 10 verzuimgevallen hadden te maken met het werk. Werknemers binnen deze bedrijfstak meldden zich weliswaar weinig ziek, maar de gemiddelde verzuimduur was met 7,5 dagen relatief hoog.
Ook in de bouw was het ziekteverzuim relatief vaak werkgerelateerd.
Ondanks het hoge ziekteverzuim bij het openbaar bestuur en de overheid, geven werknemers hier in slechts 1 op de 5 gevallen aan dat dit mede te wijten is aan het werk.
 
Bij driekwart van de ziekmeldingen heeft de oorzaak niets met het werk te maken. Een veel voorkomende reden voor werknemers om zich ziek te melden is griep.
          
Het ziekteverzuim in Nederland is in het tweede kwartaal van dit jaar niet veranderd ten opzichte van 2014.
         
Werknemers in het onderwijs, de zorg en het openbaar bestuur zijn het vaakst ziek. Het ziekteverzuimpercentage in Nederland is in het tweede kwartaal van dit jaar ten opzichte van vorig jaar gelijk gebleven, met 3,7 procent.
 
 
Dat houdt in dat per duizend werknemers er 37 zich in de maanden april, mei en juni hadden ziek gemeld. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vanochtend. Gemiddeld is de Nederlandse werknemer één keer per jaar ziek, voor de duur van zes dagen.

Horeca kent laagste ziekteverzuim

Het statistiekbureau signaleert dat het verzuim in het onderwijs het hoogst ligt, met 4,9 procent. Als een docent ziek is, is dat verzuim met 6,6 dagen echter van korte duur.
Twitter avatar statistiekcbs CBS#Werknemers in het #onderwijs verzuimen bijna 1,5x zo vaak als gem. voor alle bedrijfstakken http://t.co/ieHcLEPEjm

Ook in de zorg en het openbaar bestuur ligt het verzuim vergeleken met het landelijk gemiddelde hoog; beide sectoren kennen een ziekteverzuimpercentage van 4,8 procent. Bij het openbaar bestuur is daarnaast de duur van het ziekteverzuim het langst: een ambtenaar is gemiddeld 8,5 dag ziek. Ook in de industrie is de verzuimduur met 8,4 dagen relatief hoog. Het laagste verzuim is in de horeca gemeten: 2,1 procent. Ook de verzuimduur is met 3,6 dagen binnen deze categorie het laagst.
 
 
Als oorzaak van de ziekmeldingen wordt het werk zelf aangegeven. Liefst een kwart van die meldingen komt door omstandigheden op het werk, wat vooral in de bouw en de transportsector het geval is. Een andere veel voorkomende reden is griep.
 
bron: bericht NRC 25 sept 2015
 

De resultaten over de verzuimduur en -frequentie in deze bijdrage zijn ontleend aan de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA),  die sinds 2005 wordt uitgevoerd door CBS en TNO.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

maandag 14 september 2015

Het beetje lukraak melden van beroepsziekten door bedrijfsartsen bij NCvB voor preventief beleid is nutteloos. Tijd voor grondige herorientatie.


Schaf meldingsplicht beroepsziekte door bedrijfsarts af. Want NCvB monitor is kapotte thermometer. Tijd voor grondige heroriëntatie én gedegen onderzoek.

Ziek door het werk: daar zit niemand op te wachten. Zuur én vaak - maar niet altijd - nog te voorkomen ook. Hoeveel beroepsziekten er exact op jaarbasis voorkomen is niet bekend. Wel zijn er schattingen. Van 17.000 tot 400.000. Factor 23 verschil. Daar valt moeilijk mee te werken. Bedrijfsartsen melden ongeveer 7000 beroepsziekten op jaarbasis.

Momenteel zijn bedrijfsartsen en arbodiensten wettelijk verplicht beroepsziekten te melden aan het NCvB.  'Het vormt een belangrijk onderdeel in het huidige stelsel van gezond en veilig werken. Op basis van deze meldingen kunnen risicogroepen worden gesignaleerd en preventieve activiteiten worden gestart'. Zo stelt de Ministerie/Inspectie SZW

Tenminste: dat is het idee erachter. Maar deze regeling werkt niet. En dat is al jaren zo. Dat blijkt uit onderzoek, na onderzoek, na onderzoek. Ik heb ze hier allemaal op het bureau voor me liggen.

Toch durft niemand ( Ministerie SZW, Inspectie SZW, NCvB, NVAB,...) deze pijnlijke conclusie te trekken en dit hardop te zeggen. Te bang voor de implicaties ervan ? Gezichtsverlies ? Of gewoon toch te veel (eigen)belang bij handhaving van huidige situatie ? Of last van  koker denken en/of tunnelvisie. Ik weet het niet.

De lange lijstjes met belemmerende en bevorderende factoren zijn ook al jaren beschikbaar én bekend. Maar zonder concreet tastbaar resultaat. Zo blijkt ook weer uit het meest recente onderzoek Versterken Melden Beroepsziekten in opdracht van de Inspectie SZW.

Mijn standpunt is vierledig:

1.      De huidige NCvB monitor is als een kapotte thermometer: het geeft een uitslag, maar heeft geen toegevoegde waarde

2.      Het melden van beroepsziekten door bedrijfsarts/arbodienst (het middel) draagt niet substantieel bij aan het beoogde doel - preventief beleid- én blijkt bovendien geheel overbodig

3.      De  meldingsplicht beroepsziekte door bedrijfsarts/arbodienst kan/moet worden afgeschaft. En wel per direct

4.      Het is tijd voor grondige heroriëntatie, en meer (werkplek)onderzoek.  

Mijn argumenten daarvoor zijn de volgende:

1.      Meer dan tweede derde van bedrijfsartsen meldt niet

De cijfers spreken voor zich. Slechts dertig procent van de bedrijfsartsen blijkt af en toe een beroepsziekte te melden ( zeventig procent dus niet) én bijna de helft van alle bedrijfsartsen - 46 % om precies te zijn - meldt nooit (!) een beroepsziekte en wordt getypeerd als chronische nulmelder. Grappige naam overigens. Slechts 13% staat te boek als consequente melder, maar even zo grote groep (14%) is überhaupt niet gemotiveerd om mee te doen. Onvoldoende draagvlak heet zo iets in poldertermen. Hoe hard wil je het hebben ?

2.      NCvB cijfers zijn niet representatief

Representatief zijn de NCvB cijfers niet te noemen, aangezien het merendeel van de meldingen afkomstig is van een kleine selecte groep van bedrijfsartsen, en ook nog voornamelijk uit één sector (de bouw).

Elk jaar rapporteert het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten (NCvB) de uitkomsten keurig gerubriceerd in de vorm van het zogenaamde Beroepsziekten In Cijfers (BIC)- rapport. De uitkomsten van de monitor zijn elk jaar grosso modo hetzelfde. De huidige regeling/monitor is als een kapotte thermometer: geeft een uitslag maar heeft geen toegevoegde waarde.

Toch bestaat er publiekelijk het beeld dat dit dé juiste harde cijfers zijn. Check nu.nl beroepsziekten bijvoorbeeld. In deze context is het jammer te constateren dat het NCvB geen heldere bijsluiter/disclaimer erbij levert.

3.      Criterium beroepsziekte is van elastiek en daardoor onvoldoende betrouwbaar

Het NCvB hanteert een brede definitie van een beroepsziekte. Deze definitie luidt als volgt: 'een ziekte of aandoening als gevolg van een belasting die in overwegende mate in arbeid of arbeidsomstandigheden heeft plaats gevonden'.  Maar ja: wat moet onder 'in overwegende mate' worden verstaan? Daar bestaat geen meetlat voor. Dat is elastiek.

De NCvB definitie is dan ook te breed en te inclusief geformuleerd en dus te vaag en te multi interpretabel om in de praktijk 'discriminerend/onderscheidend' genoeg te kunnen werken. Daarmee is een betrouwbaarheidsprobleem geïntroduceerd: want komt in dezelfde casus bedrijfsarts A tot dezelfde conclusie als bedrijfsarts B en C. Wedden van niet ?

4.      Geen zoekstrategie: BIC rapport is niet meer als losse verzameling meldingen

Daarnaast: de NCvB monitor heeft geen helder omschreven zoekstrategie. Deze is nu kort samen te vatten als: zoek bedrijfsarts, zoek! Zoek beroepsziekte! De meeste bedrijfsartsen lijken gewoon te wachten op wat er langskomt. Beetje lukraak zoeken. Dat blijkt ook uit de cijfers.

Bouwartsen kijken vooral op PAGO/PMO plekken (91%) en vinden vooral lawaaidoofheid (33%).  Niet-bouwartsen zoeken op andere plekken -verzuim en open spreekuur (92%) en vinden andere beroepsziekten. De gepresenteerde cijfers zijn dan ook niet meer als een losse verzameling meldingen/incidenten zonder enig verband en dus onbruikbaar/ongeschikt voor preventief beleid. ‘If you don't know where you are going, all roads lead to nowhere.’ (Henry Kissinger). Blijft over de vraag: kan deze monitor de toets der methodologische kritiek eigenlijk wel doorstaan ?

5.      Melden van beroepsziekten voor preventief beleid is ook nog eens overbodig

De monitor beroepsziekte is niet alleen kapot, maar ook geheel overbodig. Dat lawaai tot gehoorschade kan leiden, fysiek zware arbeid tot klachten van houding en bewegingsapparaat en werkdruk tot stressklachten weten we al. Dus dat heeft geen toegevoegde waarde.  Alle cijfers om preventiebeleid op landelijk, sectoraal en/of brancheniveau te ontwikkelen (het enige doel van de monitor) zijn al lang en breed bekend. Neem de Arbobalans 2014 en/of arbocatalogi. Wat wil je nog meer weten om beleid te maken en vooral te implementeren ?  Opvallende terzijde: de NCvB-monitor wordt in de Arbobalans 2014 niet eens als bronmateriaal gebruikt (zie bladzijde 105)! En dat betekent ....

6.      Wel wettelijke regeling, maar nu geen sanctie/handhavings mogelijkheid

Naleving van meldingsplicht is - tot heden- niet handhaafbaar aangezien sanctiemogelijkheid in de regelgeving ontbreekt. Een echte polderconstructie dus.

In het nieuwe wetsvoorstel staat dat er 'meer mogelijkheden voor handhaving' komen. Nadere uitwerking daarvan ontbreekt echter. Zo ook in de presentaties van vertegenwoordigers van de Inspectie SZW op de BG dagen. Maar het S (sanctie) en B (boete) woord is wel uitgesproken. Het lijkt erop dat de overheid haar speerpunt van preventie verlegd naar handhaving.

Maar: stel dat de Inspectie SZW een sanctie cq boete uitdeelt aan een bedrijfsarts, dan zal de ISZW als toezichthouder achteraf (!) overtuigend moeten kunnen beargumenteren dat de betreffende bedrijfsarts in deze casus bij deze medische klachten in die situatie in dit bedrijf bij dit werk op dit tijdstip blijkbaar een 'verkeerde' inschatting ten aanzien van het criterium 'in overwegende mate ' heeft gemaakt. Dat wordt juridisch gezien buitengewoon interessant. De ISZW mag dan wel de wet in de hand hebben, maar niet de houtsnijdende argumenten lijkt mij.

7.      Verkeerde institutionele inbedding - bedrijfsarts is geen toezichthouder én verlengde arm van ISZW

 

Beroepsziekten zijn erg 'gevoelige' materie. Dat bleek recentelijk weer in de Nieuwsuur uitzending over het metaalbedrijf Smit Draad en vorig jaar uit de NCRV uitzending Altijd Wat over beroepsziekten. Maar velen zijn zich niet bewust van de verschillen in context bij schade, claim, aansprakelijkheid, handhaving, en/of  preventie. Vaak loopt alles door elkaar. Een helder beeld/ beschrijving van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de verschillende belanghebbenden cq spelers is daarbij van essentieel belang.

 

In de kern is het monitoren van beroepsziekten op landelijk niveau ten behoeve van preventief beleid te zien als een publieke/overheidstaak, die uitgevoerd zou moeten worden door de Inspectie SZW in haar rol als toezichthouder.

Deze taak is in mijn opinie 'ten principale 'niet weg te zetten cq 'uit te besteden 'aan professionals(bedrijfsartsen) en/of organisaties (arbodiensten) die in het private domein werken. 

 

De Ministerie/Inspectie SZW introduceert vergaande rolonduidelijkheid door de bedrijfsarts cq arbodienst wettelijk te verplichten beroepsziekten te melden ten behoeve van preventief beleid. De bedrijfsarts cq arbodienst is adviseur én geen toezichthouder en/of 'verlengde arm' van de Inspectie SZW. Je kunt niet van tweeën één krijgen.

 


8.  Zijn registraties van beroepsziekten überhaupt bruikbaar voor preventie ?

Dick Spreeuwers promoveerde zeven jaar geleden op een proefschrift waarbij de centrale vraagstelling was: zijn registraties van beroepsziekten bruikbaar voor preventie ?

Spreeuwers ontdekte dat ons land - tot 2002 - vijf verschillende meldingssystemen heeft gekend over een periode van negentig jaar. De systemen verschilden op wezenlijke onderdelen zoals

·         doel van melding - compensatie, preventie of handhaving

·         de melders - degene,die de melding moest verzorgen - alle artsen, verzekeringsartsen, werkgevers, bedrijfsartsen, arbodiensten

·         maar ook resultaten van de verschillende meldingssystemen bleken (sterk) uit een te lopen.

De belangrijkste conclusies van Spreeuwers waren:

·         bij alle registratie systemen is er sprake van forse ondermelding én selectieve melding

·         de registratie gegevens mogen dan ook niet als representatief worden beschouwd voor het vóórkomen van beroepsziekten in de werkende bevolking.

·         de definitie van het begrip beroepsziekte blijft voortdurend onderwerp van discussie

We zijn nu 13 jaar én een volgend systeem verder - nummer zes in honderd jaar dus - én de bovenstaande conclusies van Spreeuwers zijn nog even actueel.

Naar de toekomst kijkend:

Het doel van het melden - preventie op de werkvloer - wordt zo niet gehaald. Maar het kan beter. De  oplossingen zijn even voor de hand liggend als simpel.

 

·         Laat probleemeigenaar/direct belanghebbende van de  beroepsziekte, te weten werkgever/werknemer/werkende zelf weer 'hun' beroepsziekte melden. Niet bij het NCvB, maar bij de Inspectie SZW. Vergelijkbaar aan de huidige regeling Arbeidsongevallen. Net als vroeger.

 

·         Vlieg het probleem vanuit het beroep/werk aan. Vroeger bestond er de site beroepsrisico.nl. Een site van het Verbond van Verzekeraars. Die bestaat nog steeds, maar is nu verstopt in de algemene VvV-site. Maak deze weer publiekstoegankelijker, zodat voor elke werkende zijn cq haar eigen beroepsrisico snel en inzichtelijk kan opzoeken

 

·         Gebruik een goed 'discriminerende' en limitatieve lijst met beroepsziekten zoals bijvoorbeeld de Europese lijst.

 

·         Innoveer het NCVB, is nu teveel old school en teveel naar binnengekeerd. Suggesties zijn er in overvloed al gedaan. Ik verwijs daarvoor naar het Ecorys onderzoek (2010) en naar het OVAL voorstel - fact finding door objectief, representatief en periodiek dossieronderzoek (goed idee)

 

·         Afwikkeling van schade en compensatie: een achtergebleven terrein. Ook hier is al uitgebreid onderzoek naar gedaan. Ik verwijs naar het SER advies - Stelsel veilig en gezond werken (bladzijde 66) en het HSI rapport Verhaal van werkgerelateerde schade (2012), waarin een dertien oplossingsrichtingen met hun plussen en minnen wordt beschreven.


 
Afsluitend: doorgaan  op de ingeslagen route zoals minister Asscher/ Ministerie SZW én de Inspectie SZW nu voorstaan  lijkt mij een onbegaanbare weg. Grondige herbezinning én groot onderhoud van het NCvB is nu eerst aan de orde.

En de bedrijfsarts ?

Die moet het bedrijf in, de werkvloer op én aan de slag. Want: er is werk aan de winkel !

Deze column/blog verscheen in licht verkorte variant -  als Standpunt TBV in het september nummer 2015 van het  TBV - Tijdschrift voor Bedrijfs-en Verzekeringsgeneeskunde.


Ter afsluiting:


Arbo is geen rocket science - maar vooral: goed kijken(observatie), luisteren naar mogelijke signalen - vooral door de materie heen kijken - én grondig werkplek onderzoek.

Benodigde ingrediënten: opmerkzaamheid, alertheid én vooral een portie gezond verstand én een Arbo Tip Box - waar suggesties en signalen - ook anoniem - kunnen worden afgeleverd - onder beheer van preventiemedewerker en bedrijfsarts.

Neem de Risico Inventarisatie (RIE) als vertrekpunt. Daarvoor is die er toch ? Verouderd ? Dan actuele versie maken.

Resultaten worden middels rapport en presentatie ge-agendeert en ge-adresseert bij de leiding van het bedrijf.

Niet ingewikkeld toch ? En daarna: op naar de volgende ronde. Elke dag is een mogelijkheid de zaak te verbeteren. Want: het werk verandert toch ook zo'n beetje elke dag .


 

Voor de fijnproevers:

 

1. Ecorys onderzoek beroepsziekten - 2010 - erg inzichtelijk - met name over NCvB

 

http://www.consultancy.nl/nieuws/ecorys-management-van-beroepsziekten-kan-beter

 

2.  Oval voorstel: fact finding onderzoek - 2014 - goed voorstel

 

https://www.maetisardyn.nl/sites/default/files/nieuws/downloads/statement_oval_beroepsziekten_definitief.pdf

 

3. Ser advies stelsel gezond en veilig werken - 2012 zie hoofdstuk 6

 

 https://www.ser.nl/nl/publicaties/adviezen/2010-2019/2012/stelsel-gezond-en-veilig-werken.aspx

 

4. De laatste actuele cijfers -  Arbobalans 2014 - zie hoofdstuk 5 - over beroepsziekten

 

http://www.monitorarbeid.tno.nl/publicaties/arbobalans-2014

 

5.  Inspectie SZW rapport Versterken melden beroepsziekten - 2014

 

http://www.denederlandsegrondwet.nl/9353000/1/j9vvihlf299q0sr/vjm27bcxihv2?ctx=vii1dqsa6yzs

 

6. HSI rapport Verhaal van werkgerelateerde schade -2012

 

http://www.letselschademagazine.nl/beroepsziekten-algemeen/verhaal-van-werkgerelateerde-schade-rapport-hsi-17-01-2013

 

7. Alternatieven voor schadevergoeding (en preventie) van arbeidsongevallen en beroepsziekten - Wim Eshuis-  De Burcht - 2015

 

http://www.deburcht.nl/userfiles/file/Publicatie%20nr.%207%20Alternatieven%20voor%20schadevergoeding%20en%20%20preventie%20van%20arbeidsongevallen%20en%20beroepsziekten.pdf

 

 

8. Presentaties ISZW - rijkstoezicht op beroepsziekten - BG dagen juni 2015

a. Van ongevallen naar beroepsziekten - mevr ing M A Zuurbier - directeur

https://www.nvab-online.nl/sites/default/files/bg-dagen/1035%20PP%20rijkstoezicht%20op%20beroepsziekten%20NVAB%202015%20def%20Marga.pdf

b. Rechte rug of slappe knieën ? Eric Stigter , Peter Wulp - medisch adviseurs ISZW

https://www.nvab-online.nl/sites/default/files/bg-dagen/Zaal%2010gh%20s25%20Peter%20Wulp.pdf

 

9. Ziek door mijn werk - monitor NCRV

http://demonitor.ncrv.nl/ziek-door-mijn-werk

10. Nieuwsuur - zieke werknemers doen aangifte

http://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2045867-zieke-werknemers-doen-aangifte-tegen-metaalbedrijf.html


woensdag 2 september 2015

Komt een medewerker bij de dokter ....


Komt een medewerker bij de dokter ....
Zomaar een oude column, maar altijd nog even actueel:


Tussen dé zorg en hét werk botert het niet zo. Tenminste: dat zeggen 'ze'. U weet wel:  'ze' van het beleid, 'ze' van die rapporten. Persoonlijk heb ik daar in mijn eigen beroepspraktijk als bedrijfsarts eigenlijk helemaal geen last van. Ik heb - op een heel grote uitzondering na -  goede en prettige contacten met huisartsen, fysio's, maatschappelijk werkers en psychologen. Altijd al gehad.

Goed functionerend doorverwijs netwerk

Daarnaast heb ik een uitgebreid netwerk, waarnaar ik snel en effectief  kan door verwijzen. Onder de telefoonknoop zitten - eens even kijken: een cardioloog, vier heel goede arbeidsdeskundigen,  meerdere psychiaters, paar bedrijfsmaatschappelijk werkers, twee bekwame sport fysio's, verschillende orthopaeden, drie doortastende schuldhulpverleners, een stel slimme mediators,  psychotherapeuten van allerlei pluimage, en achtergronden, een hele goede internist, een aardige en altijd attente longarts, ervaren coaches en aantal doorpakkende loopbaan begeleiders.

Oplossing op voorraad

Komt er een (mede)werker bij de dokter dan ... weeg en filter ik de  (niet altijd medische) klacht en/of het probleem, ga actief op zoek de vraag achter de vraag en verwijs - indien nodig - door.

En voor elk probleem wel een oplossing op voorraad. Mij zult u dus niet snel over de gebrekkige samenwerking tussen dé zorg en hét werk horen klagen. Integendeel. Het is een stuk beter als tien, twintig jaar geleden.

Iedereen snapt - ook uit eigen ervaring- dat iemand die werkt beter af is.

Maar toch... er valt veel te verbeteren.

Zeven praktische tips

Komt er een 'medewerker' bij U op het spreekuur dan ...... zomaar wat praktische tips:

Tip 1: Vraag (gewoon eens) naar het werk. Dat kan met behulp van de volgende vier vragen - heel simpel:

1.      Wat voor werk doet U ?

2.      hangen de (huidige) medische klachten met het werk samen ?

3.      heeft de (huidige) behandeling effect op het uitoefenen van Uw functie

4.      hebt U een beetje plezier in het werk ?

De meeste patiënten werken vier, acht soms twaalf uur per dag. Dus wát iemand doet - voor de klas staat, verpleegkundig of schoonmaakwerk verricht, bouwvakker, chauffeur , of winkelbediende is, binnen of buiten werkt, het licht of juist zwaar werk is, druk of rustig - dat maakt allemaal behoorlijk veel uit. Zowel op het beloop van de klachten, als op het effect van de behandeling, maar óók op een soepele werkhervatting. O ja, en wat te denken van de mogelijke wisselwerking van gebruikte medicatie en het werk. Ach: in twee minuten tijd weet U zoveel meer.

Tip 2: Praat erover op het werk. Stel er zijn er klachten van/met/op/door het werk. Adviseer de patiënt dan om daarover op het werk te gaan praten. Het werk is namelijk de levenslijn waar alles over loopt. Bijna iedereen heeft een baas, een leidinggevende, een manager en/of voorman. En die zijn er juist speciaal voor dit soort zaken. Dat is hun taak/baan namelijk. Het is verder goed te weten dat elk wat groter bedrijf een preventie medewerker heeft die juist bij wat ingewikkelder problematiek naar oplossingen zoekt. Komen die er niet uit dan is er nog altijd de bedrijfsarts als last resort.

Tip 3: Geef een visite kaartje mee met telefoonnummer én vooral email adres - dat vergemakkelijkt de communicatie namelijk enorm. Persoonlijk geeft ik altijd vier kaartjes aan mijn patiënten mee: één voor betrokkene zelf, één voor de leidinggevende, één voor de huisarts en één voor fysio/maatschappelijk werker/psycholoog.

Tip 4: Hou eigen werk dossier bij - adviseer de patiënten hun eigen werk en gezondheid dossier aan te leggen en hun eigen reïntegratie plan bij te houden. Dat geeft structuur en houvast.

Tip 5: De schijf van vijf voor duurzame inzetbaarheid. Gezondheid is niet de enigste factor om lekker lang te kunnen werken. Want naast gezondheid spelen organisatie, ontwikkeling, betrokkenheid en loopbaanontwikkeling mee om plezier in het werk te houden. Check de schijf van vijf van duurzame inzetbaarheid eens.

 

Tip 6: Kijk eens op www.beroepsziekten.nl. Geen idee wat een functie/vak inhoudt en of je daar klachten van kunt krijgen ? Check dan eens de site van Nederlands Centrum Voor Beroepsziekten (NCVB) met een beroepen index én de risico's per beroep en per branche

Tip 7: Zin in werk - Veel mensen hebben echt zin in werk. Geïnteresseerd naar hun drijfveren ? Volg dan de wekelijkse serie Zin in werk in de zaterdag bijlage Letter en Geest van het dagblad Trouw. Of lees het boek Zin in Werk of het erg aardige interview Zin moet je maken van de huidige Denker des Vaderland René Gude.     

Dus met wat extra inzicht, meer grip en daardoor wellicht een beter resultaat. Best simpel eigenlijk, toch ?

 

 

 

link:

1. schijf van vijf

http://denieuwebedrijfsarts.blogspot.nl/2013/03/duurzame-inzetbaarheid-de-schijf-van.html

 

 

2. NCVB

http://www.beroepsziekten.nl/

 

3. Zin in werk

http://www.zininwerk.info/index.php/het-boek-in-beeld

 

4. interview René Gude - zin moet je maken

http://www.trouw.nl/tr/nl/4492/Nederland/article/detail/3546922/2013/11/18/Zin-moet-je-maken.dhtml