Hoewel er geen eenduidig verband is tussen pensionering, gezondheid en geluk, lijkt het erop dat een flexibele AOW-leeftijd het welzijn van mensen kan vergroten.

Dat stelt prof.dr.ir. Jan van Ours in zijn oratie over de arbeidsmarktpositie en het levensgeluk van oudere mensen, meldt Erasmus University.



In zijn oratie ‘Arbeid, gezondheid en geluk van oude mensen’ bespreekt Jan van Ours onder meer dat de werkgelegenheid onder ouderen sterk is toegenomen, maar dat werkloze ouderen – vooral 50- en 55-plussers – toch vaak langdurig zonder werk zitten. De oorzaken hiervan zijn niet heel duidelijk.

Zo zijn er bijvoorbeeld juist meer financiële prikkels voor werkgevers om ouderen een baan aan te bieden en voor werklozen om die baan te aanvaarden. Actief arbeidsmarktbeleid lijkt wel zinvol voor oudere werklozen, maar er kunnen geen wonderen worden verwacht.

Ook het verband tussen leeftijd en productiviteit blijkt geen verklaring voor de werkloosheid onder ouderen, aldus Van Ours. Het is niet zo, zoals wel eens wordt gesuggereerd, dat de productiviteit sterk daalt vanaf een jaar of 50. Leeftijdsdiscriminatie kan een rol spelen bij de werkloosheid van ouderen, maar als de werkervaring past bij de functie lijkt die discriminatie wel mee te vallen.
Ondanks de sterk toegenomen levensverwachting zijn de verschillen tussen laagopgeleiden en hoogopgeleiden nog steeds groot, vooral als het gaat om de gezondheid. Dit betekent volgens Van Ours ook dat de optimale pensioenleeftijd persoonsgebonden is.

Voor mensen in zware beroepen is pensionering gunstig voor gezondheid en geluk. Bij degenen die langer willen doorwerken is het juist uitdagend en goed voor de geestelijke gezondheid om later met pensioen te gaan.

Flexibele pensionering doet volgens Van Ours recht aan de grote verschillen in gezondheid, arbeidsplezier en levensgeluk. Met name werknemers met een minder goede pensioenvoorziening hebben een flexibele AOW-leeftijd nodig om zelf te kunnen bepalen wanneer ze stoppen met werken. Werknemers die wel een goede pensioenvoorziening hebben kunnen al zelf kiezen wanneer ze afscheid nemen van het arbeidsproces.


voor de rest:

Google even de oratie van van Ours - interessant
‘Arbeid, gezondheid en geluk van oude mensen'


of luister BNR radio:



en wat te denken van volgende - al wat oudere bericht ?

Werkgever ziet weinig in oudere werknemer

Hoewel steeds meer werkgevers het wenselijk vinden dat werknemers tot hun pensioenleeftijd doorwerken, is 20 procent van mening dat de productiviteit van 55-plussers lager ligt dan hun loonkosten. 
 
Dat blijkt dinsdag uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP).
In 2001 vond nog 41 procent het wenselijk dat werknemers na hun zestigste doorwerken, in 2011 bedroeg dit percentage 61 procent.

Evenals in 2001 is een op de vijf werkgevers in 2011 van mening dat de productiviteit van 55-plussers te wensen over laat. 10 procent zegt ronduit dat oudere werknemers slechter functioneren dan jongere werknemers.

De laatste jaren wordt ook doorwerken na de pensioengerechtigde leeftijd door de overheid gestimuleerd. Nog geen 20 procent van de organisaties vindt dit een goed idee voor het eigen bedrijf. Wel laat dit aandeel een kleine groei zien.

Van het zittende personeel is 15 procent 50 tot 54 jaar oud en 12 procent 55 jaar of ouder. Tegelijkertijd maakt de groep 50-plussers slechts 8 procent uit van de instroom van nieuwe werknemers bij ondernemingen. "Het lijkt er dus op dat oudere sollicitanten veel minder kans hebben om een bedrijf binnen te komen", concludeert het SCP.

In de zorg bestaat de minste weerstand tegen doorwerkende ouderen, in de bouwsector juist de meeste. Ook in het onderwijs lopen organisaties niet warm voor personeel dat aanblijft na het zestigste levensjaar.

Flexwerkers

Uit het onderzoek blijkt verder dat het aandeel bedrijven dat gebruikmaakt van flexwerkers steeds verder toeneemt. Had in 1995 nog 31 procent van de bedrijven tijdelijke contracten, in 2011 was dit gestegen naar 64 procent. Vooral bij kleine bedrijven groeide het aandeel.

Werkgevers zetten flexwerkers vooral in om hun bedrijfsomvang snel te kunnen aanpassen aan veranderende omstandigheden. Flexwerkers moeten bij krimp als eerste het veld ruimen.
Naast flexwerk neemt ook telewerk toe. Het aandeel bedrijven met een of meer werknemers die elders werken is in de periode van 2006 tot 2012 verdubbeld, van 21 naar 46 procent.
Organisaties zien telewerken vooral als een manier om hun productiviteit te verhogen. Dat het werknemers een mogelijkheid biedt om arbeid en zorg makkelijker te combineren, vinden werkgevers minder van belang.

Het SCP heeft voor het rapport gebruikgemaakt van het werkgeverspanel, dat bestaat uit bedrijven met vijf werknemers of meer.  Deze editie van het tweejaarlijkse onderzoek is afgenomen in 2011 en 2012.